Sterrenkundigen hebben een mysterieus signaal opgevangen, vermoedelijk van buiten ons sterrenstelsel. Het is nog een raadsel wat de bron van de radiogolven is.
De Arecibo-radiotelescoop in Puerto Rico heeft een stoot korte, maar zeer krachtige, radiogolven opgevangen, misschien uit een ander sterrenstelsel. De energie die nodig is voor het creëren van die zogeheten fast radio bursts is zo groot dat de golven niet afkomstig kunnen zijn van bekende kosmische objecten.
‘De afstand die de radiogolven hebben afgelegd lijkt enorm, en wijst erop dat de radiogolven drie miljard lichtjaar hebben gereisd om ons te bereiken’, zegt Jason Hessels, een van de onderzoekers, verbonden aan het Nederlands instituut voor radioastronomie ASTRON en de Universiteit van Amsterdam. Die afstand berekenen sterrenkundigen door te meten hoeveel later lange golflengtes op aarde aankomen dan korte golflengtes. Lange golflengtes komen een fractie van een second later aan, omdat ze meer interacties aangaan met deeltjes die ze onderweg tegenkomen, waaronder elektronen. Omdat sterrenkundigen een goed beeld hebben van het aantal elektronen in de ruimte kunnen zij de afstand berekenen die het signaal heeft afgelegd. De gemeten afbuiging van de radiogolven was zo groot dat het aantal elektronen in ons sterrenstelsel dat niet konden veroorzaken. De onderzoekers vermoeden daarom dat het signaal afkomstig is van ver buiten de Melkweg.
‘Als we iets buitenaards ontmoeten, dan is het een machine’
Oude sterren en pril leven – dat zijn de onderwerpen waar het hart van sterrenkundige Leen Decin harder van gaat kloppen.
Twijfelachtig verleden
De huidige meting maakt een einde aan de twijfel over het bestaan van de radiogolven. In 2007 werd voor het eerst zo’n signaal waargenomen met de Parkes-radiotelescoop in Australië. De telescoop pikte daarna nog vijf soortgelijke signalen op. Sterrenkundigen twijfelden of die signalen niet werden veroorzaakt door een afwijking van de Parkes-radiotelescoop. Dergelijke signalen waren immers nog nooit eerder waargenomen door andere telescopen. De nieuwe metingen met de Arecibo-radiotelescoop bevestigen dat de signalen niet toe te schrijven zijn aan een afwijking van de Parkes-radiotelescoop.
De vraag blijft hoe fast radio bursts ontstaan. ‘Het is nog een compleet onbekend signaal en we hebben tot nu toe geen idee wat deze radiogolven veroorzaakt’, zegt mede-onderzoeker Joeri van Leeuwen (ASTRON). Wel denken de onderzoekers dat er een gigantische hoeveelheid energie nodig is om de radiogolven te creëren. De onderzoekers vermoeden dat het een zeer krachtige explosie moet zijn geweest of een nog onbekende catastrofe op een neutronenster, die enorm veel energie afgeeft.
Mogelijk kunnen sterrenkundigen over enkele jaren de bron achterhalen. Tegen die tijd moet het mogelijk zijn om tientallen fast radio bursts per jaar te vinden, denkt Van Leeuwen. Twee nieuwe Nederlandse telescopen, LOFAR en Westerbork/Apertif, moeten daarvoor zorgen. Die worden de gevoeligste breedbeeldtelescopen ter wereld. Van Leeuwen: ‘Hoewel Arecibo de grootste schotel ter wereld is, mis je 99,99 procent van wat er zich allemaal aan de hemel afspeelt. Omdat de nieuwe telescopen een 1000 keer groter deel van hemel kunnen bekijken dan Arecibo, hopen we snel beter te begrijpen welke kosmische ontploffingen deze radioflitsen veroorzaken.’
De onderzoekers maakten hun bevindingen bekend op de voorpublicatiewebsite Arxiv: http://arxiv.org/pdf/1404.2934v1.pdf
Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.
Lees verder: