Ceres is midden in de planetoïdengordel flink aan het thuisbrouwen. Op de dwergplaneet, die zich tussen Mars en Jupiter bevindt, is organisch materiaal aangetroffen. Dit kan niet van buitenaf zijn gekomen.
Via de Dawn-ruimtesonde, die sinds begin 2015 rond Ceres cirkelt, hebben planeetwetenschappers bundels van op koolstof gebaseerde organische stoffen gevonden op het oppervlak van de ruimterots. De precieze identiteit van het teerachtige spul is nog niet vastgesteld, maar de vingerafdruk komt overeen met die van de mineralen keriet en asfaltiet. De vondst is gepubliceerd in vakblad Science.
De samenstelling en concentratie van de organische materialen maken het onwaarschijnlijk dat ze door een ander hemellichaam naar Ceres zijn gebracht. Ten eerste zouden ze de hitte van een inslag op het Ceresoppervlak niet hebben overleefd. Ten tweede zouden ze, als ze een lift hadden gekregen van een ander object, wijdverspreid moeten zijn, in plaats van geconcentreerd in bundels. De materialen moeten dus van Ceres zelf afkomstig zijn.
‘Als we iets buitenaards ontmoeten, dan is het een machine’
Oude sterren en pril leven – dat zijn de onderwerpen waar het hart van sterrenkundige Leen Decin harder van gaat kloppen.
Warmte en water
Chris Russell van de University of California in Los Angeles leidt bij NASA het Dawn-onderzoeksteam. Volgens hem bewijst deze vondst, samen met de recente ontdekking van waterijs en heldere plekken van mineraalafzettingen, dat Ceres complexer in elkaar steekt dan gedacht.
‘Het is meer dan een samenklontering van rotsen. Er gebeuren dingen’, zegt hij. Wat er precies aan de binnenkant gebeurt, is nog niet duidelijk, maar het organisch materiaal op het oppervlak geeft aan dat er processen plaatsvinden die door warmte en water worden beheerst.
Buitenaards leven
Dit klinkt wellicht alsof Ceres de bouwstenen van leven bevat. Zo ver wil Russell echter niet gaan. ‘Dit is een ander type materiaal’, zegt hij. ‘Het is prebiotisch. Dat betekent dat het iets is dat je ergens verwacht voordat er biologie aanwezig is. Het ligt, zeg maar, op de weg naar biologie.’
Volgens Russell maakt de vondst van organisch materiaal op Ceres het waarschijnlijker dat andere ruimteobjecten vergelijkbare moleculaire bouwstenen bevatten. Zijn vakgenoot Michael Küppers van ESA voegt daaraan toe dat dit gevolgen heeft voor ons idee op welke plekken in het zonnestelsel we het best naar leven kunnen zoeken.
‘Als we enkele decennia geleden praatten over leven in het zonnestelsel, focusten we op Mars. Nu kijken we meer en meer op andere plekken, zoals Saturnusmaan Titan en Jupitermaan Europa’, zegt hij. ‘In de planetoïdengordel komt Ceres daar nu bij.’
Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.
Lees verder: