Als je met iemand praat in de herrie – een rockconcert, verkeerslawaai, piepende treinen – dan pas je het auto- matisch volume aan waarop je praat, zodat de ander je nog steeds verstaat.

Het valt me op dat die onbewuste volume-aanpassing niet goed werkt als alleen de horende partij zich dichtbij de lawaaibron bevindt, zoals een wasmachine, huilende kinderen. Degene die spreekt of schreeuwt, hoort dat lawaai zelf minder hard, en roept nooit hard genoeg om het lawaai te overstemmen.

Blijkbaar is het niet goed in te schatten hoeveel lawaai een ander hoort, en hoeveel er dan nodig is om het te overstemmen. Waarom niet?

Deeltjesfysicus Dylan van Arneman: ‘Ik ben op zoek naar iets wat misschien niet bestaat’
LEES OOK

Deeltjesfysicus Dylan van Arneman: ‘Ik ben op zoek naar iets wat misschien niet bestaat’

Dylan van Arneman verruilt een paar keer per jaar zijn werkkamer op het Science Park in de Watergraafsmeer voor de ondergrond ...

Niek de Groot