In Wat jij niet ziet weet Ziya Tong haar lezers te boeien met een stortvloed aan informatie over zware thema’s.
Alsof je blind door het leven strompelt. Dat is het gevoel dat beklijft na het lezen van Wat jij niet ziet van Ziya Tong. Ze overspoelt je met wetenswaardigheden uit elke uithoek van de wetenschap.
De paraplu die over de collectie van feitjes heen strekt: wat is níét zonneklaar als je om je heen kijkt? Tong bespreekt onze blinde vlekken op biologisch, sociaal en cultureel niveau. Denk aan vragen als: wat speelt zich af buiten de zintuigen van de diersoort mens? Wat zien we niet van onze voedingsindustrie? En houden we onszelf voor de gek als we denken dat we ‘eigenaar’ zijn van de natuur?
Bloedserieuze moraal
Tongs boek zit vol zware thema’s als klimaatverandering en armoede. De moraal van haar verhaal is daarmee bloedserieus. Toch is elke pagina gevuld met veel leuks en interessants. Je tuimelt constant van de ene verbazing in de andere – en daarbij schakelt Tong in het hoogste tempo. Zo kunnen in één hoofdstuk zowel gigantische plofkippen als Galilei’s ruzie met de kerk voorbijkomen.
Waar Tong meesterlijk in is, is het constant boeien van haar publiek, juist met die overload aan informatie. Het lezen van Wat jij niet ziet voelt alsof je op een feestje staat te praten met een gepassioneerd persoon met oneindig veel kennis. Wanneer een gesprek met zo’n menselijke informatiemachine eindigt, voel je je misschien overdonderd, maar toch hoop je haar bij het volgende feestje opnieuw tegen te komen – dat belooft immers nog meer interessants. En elke keer dat je het boek weer openslaat, maakt Tong die belofte waar.