Neuroloog en slaapfysioloog Guy Leschziner neemt je mee in de wondere wereld van het slapende brein.
De zestigjarige Don eet ’s nachts alles wat hij maar te pakken kan krijgen. Yoghurt is de favoriete snack van zijn ‘nachtelijke ik’, maar als hij dat niet in huis heeft, neemt Don ook genoegen met eetlepels instantkoffie, blokken vet spek of een kom vol papegaaienvoer. ’s Ochtends heeft hij geen enkele herinnering van zijn nachtelijke smulpartijen.
Jackie, een vrouw van in de zeventig, stapte slapend op haar motorfiets om een stukje te gaan rijden. Haar hersengolven gedroegen zich alsof haar brein tegelijkertijd sliep en wakker was – een beetje vergelijkbaar met een dolfijn, die met slechts een hersenhelft slaapt. Om haar nachtelijke ritjes te voorkomen, moest Jackie haar motorfiets verkopen.
Twintiger Alex lijdt aan een extreme vorm van slaapwandelen. Zijn vrienden vertellen graag over zijn nachtelijke capriolen. Zoals die keer dat Alex gehurkt op het uiteinde van het bed een pizza bestelde – met de schoen van zijn vriend als telefoon. Of toen hij wild door zijn slaapkamer rolde omdat hij dacht dat hij de rotorbladen van een losgeslagen helikopter moest ontwijken.
In In het holst van de nacht laat de Britse neuroloog Guy Leschziner je kennismaken met een aantal van zijn patiënten. Aan de hand van hun verhalen duik je in de wetenschap van slaap. Door de vreemde en soms angstaanjagende anekdotes blijf je pagina na pagina geboeid doorlezen, en leer je ondertussen, bijna ongemerkt, van alles over de psychologische en neurologische achtergrond van onze vreemdste nachtelijke gedragingen.
Meesterlijke spanningsbogen
Door deze patiënten te bestuderen – de vreemdste gevallen, geeft Leschziner toe – leren we over de onvoorstelbare dingen waartoe ons brein in staat is. Maar het blijkt lastig te doorgronden waarom het slapend brein werkt zoals het werkt. Slaaponderzoekers moeten het hebben van hypnogrammen die de slaapcyclus weergeven, van oogbewegingen en van wiebelende hersengolfpatronen.
Leschziner vergelijkt het gebruik van EEG-scans met het in kaart brengen van de oceaanbodem, gewapend met alleen een snorkel. Een boek over zo’n lastig vakgebied kan al snel taai zijn, maar In het holst van de nacht beschrijft het slapend brein met meesterlijke spanningsbogen.
Het leest als een bundel korte verhalen, doorspekt met wetenschap. Het is zo moeilijk weg te leggen, dat je er goed aan doet om het boek niet kort voor het slapen open te slaan.