We staan aan de vooravond van een nieuwe revolutie. Eentje waardoor onze maatschappelijke olieverslaving langzaam maar zeker tot het verleden gaat behoren. Publicist Willem Middelkoop en energie-expert Rembrandt Koppelaar doopten die ontwikkeling tot de Tesla-revolutie en schreven daar een boek met dezelfde titel over.
Het resultaat lijkt soms zo sterk op een liefdesbrief aan het gelijknamige bedrijf dat de auteurs voor de zekerheid hardop de vraag beantwoorden of Tesla heeft betaald voor de titel van het boek. (Het antwoord is overigens
nee). De auteurs beschouwen het bedrijf vooral als inspirerend voorbeeld van hoe technologische ontwikkelingen en slimme businesspraktijken de revolutie kunnen versnellen.
‘We hopen dat dit boek lezers zal inspireren om mee te doen de Tesla-revolutie in een hogere versnelling te brengen’, schrijft Koppelaar dan ook in zijn voorwoord. Helaas is het boek juist allesbehalve inspirerend.
De Tesla-revolutie stort een fikse lading informatie over de lezer uit. De verwijzingen achterin nemen alleen al zeventig pagina’s in beslag en daarnaar wordt in de lopende tekst door middel van genummerde noten lustig verwezen. Bovendien bevat de tekst ook nog voetnoten die naar verdere tekstuele uitweidingen leiden. Koppel daaraan de stortvloed aan getallen en grafieken en het resultaat is een boek waarvan alleen de doorgewinterde feitenfetisjist nog echt warm wordt.
Dat betekent overigens niet dat De Tesla-revolutie de moeite niet waard is. Als inspirerend pamflet zakt het boek door het ijs, maar als naslagwerk met kraakheldere antwoorden op maatschappelijk relevante vragen verdient het een dikke pluim.