Kwab onthult hoe een klein maar belangrijk stukje van het brein, de frontale kwab, de mens maakt tot wat die is.
In Kwab leidt de Noorse neurowetenschapper Marte Roa Syvertsen je rond in het voorste hoekje van je bovenkamer. Het boek duikt op heerlijke wijze in de frontale kwab: het breingebied dat de mens onderscheidt van andere dieren. Met herkenbare voorbeelden uit het leven van de moderne mens legt Syvertsen uit hoe de kwab dirigent is van ons gedrag.
Kwab leest als een soort handboek over hoe de mens tikt. Je ontdekt bijvoorbeeld waarom het zo moeilijk is om peuters in bed te krijgen, waarom jongeren zo goed kunnen leren en waarom het lastig is om te stoppen met roken. Syvertsen schroomt niet om ook de grootste vraagstukken aan te pakken, zoals ‘hebben we vrije wil?’ en ‘waar komen psychiatrische stoornissen zoals OCD en depressie vandaan?’
Het boek is erg kort en leest heel vlot. Enerzijds is dat fijn, maar anderzijds resulteert het soms in een verwarrende leeservaring. Zo springt Syvertsen aan het begin van het boek vaak van de hak op de tak en legt ze moeilijke termen zoals executieve functies, pariëtaalkwab en serotonine niet helemaal uit. Lezers moeten zelf op zoek naar de betekenis van deze concepten in de woordenlijst achter in het boek. Desondanks is Kwab een enorme aanrader voor iedereen die zichzelf – en anderen – beter wil leren begrijpen.