In Wat schaft de put? neemt archeoloog Jeroen Van Vaerenbergh de lezer mee door de geschiedenis van eetgewoonten in Nederland en België.

Sinds de eerste neanderthalers in de lage landen verschenen, is er op culinair gebied veel veranderd, laat ‘foodarcheoloog’ Jeroen Van Vaerenbergh zien in Wat schaft de put?. Waar onze verre voorouders vers mammoetbloed dronken om genoeg zout binnen te krijgen, zocht de 18e-eeuwse stedeling zijn heil in gespecialiseerde koffie- en theehuizen.

Toch vormen sommige ingrediënten al tijdenlang de basis van ons dieet. Zo’n achtduizend jaar geleden gebruikten mensen bijvoorbeeld al honing om hun eten en drinken zoeter te maken. Ook het verwerken van granen als gerst en spelt tot brood en pap is alles behalve een recente uitvinding.

Uit het oog

Hoewel Wat schaft de put? makkelijk wegleest en geen moment verveelt, bevat het boek wel degelijk een kritische ondertoon: de geschiedenis laat zien hoe wij beetje bij beetje de oorsprong van ons voedsel uit het oog zijn verloren. Van Vaerenbergh spoort ons aan om de duurzame verhouding tussen de natuur en haar eerste menselijke bewoners als inspiratie te laten dienen in onze keukens. Om de lezer op weg te helpen, zijn achterin recepten te vinden die gebaseerd zijn op historische eetgewoonten.