Mensen en natuur zijn twee verschillende dingen. Of toch niet? In zijn nieuwe boek De geheime band tussen mens en natuur laat de Duitse boswachter Peter Wohlleben zien dat ons natuurinstinct nog altijd bestaat.
De relatie tussen mensen en natuur is niet altijd even duidelijk: we kappen bossen voor houtproductie en landbouwgrond, terwijl we ook graag naar het bos gaan voor een mooie wandeling. Om zulke paradoxen het hoofd te kunnen bieden, stelt Peter Wohlleben, boswachter en schrijver, voor dat we onze band met de natuur herontdekken.
De belangrijkste boodschap die Wohlleben met zijn boek brengt, wordt al snel duidelijk: de mens is niet superieur aan de natuur, de mens is onderdeel van de natuur. We zijn er weliswaar wat van vervreemd geraakt, maar hebben er nog steeds een band mee.
Om die band te herstellen, nodigt Wohlleben ons uit het bos in te gaan. En niet om even gauw een frisse neus te halen of wat te bewegen, maar om de natuur écht te ervaren. Wat zie je? Wat ruik je? Wat voel je? Hoe langer we ons in het bos bevinden, hoe beter onze zintuigen gaan werken. Waar we vaak denken dat we volledig aangepast zijn aan de stad, laat Wohlleben zien dat we ons bosinstinct nog lang niet verloren zijn.
Idioot klinkende vragen
Vooral Wohllebens grootste natuurfascinatie komt veelvuldig aan bod: bomen. De veelzijdigheid van deze natuurreuzen en hoe wij daar mee om gaan, bespreekt hij uitvoerig. Van de elektrische velden die de bomen maken tot hun geheugen in het wortelsysteem: je valt van de ene verwondering in de andere. Dit patroon houdt hij het hele boek vast. Zijn nieuwsgierige, soms wat filosofische blik leidt je door de wonderen van het bos.
Wohlleben stelt ook vragen die verder weinigen durven te stellen, omdat ze misschien idioot klinken en niet wetenschappelijk te onderbouwen lijken. Zo vraagt hij zich af of wij mensen kunnen communiceren met bomen. Met communiceren bedoelt hij dan tweerichtingsverkeer: de positieve werking van bomen op mensen is goed te onderzoeken, maar wekken mensen ook een reactie op bij bomen?
Bij zo’n vraag zullen de meeste nuchtere boswachters je alleen maar hoofdschuddend aankijken. Wohlleben duikt echter de wetenschappelijke literatuur in. Immers, bomen reageren op andere vlakken ook op hun omgeving, dus waarom niet op mensen? De aanvankelijke scepsis over dit onderwerp maakt al snel plaats voor verwondering. Eén ding is zeker: dit boek zet je aan het denken.
Aan de hand van wetenschappelijk onderzoek en ondersteund met zijn eigen ervaringen als boswachter, probeert Wohlleben dit soort filosofische natuurvragen zo volledig mogelijk te beantwoorden. Hierbij sijpelt zijn liefde voor de natuur er steeds door heen. Dat maakt De geheime band tussen mens en natuur echter geen ‘zweverig’ boek. De wetenschappelijke bewijzen houden je met beide benen op de grond.
Geen scherpe grens
Daarnaast komen allerlei andere onderwerpen aan bod, zoals de gevolgen van onze wereldreizen. Onder onze schoenen nemen we schimmelsporen mee, die we vervolgens kunnen overdragen aan bomen op een ander werelddeel. Wellicht hebben we zo de verspreiding van ziektes wat opgeschaald. Dat is echter niet anders dan een natuurlijk proces: vogels doen precies hetzelfde. Zo laat Wohlleben zien dat er geen scherpe grens is tussen wel en geen natuur.
De afstand tussen mens en natuur wordt alsmaar kleiner naarmate het boek vordert. Wohllebens vragen prikkelen de lezer om diens band met de natuur ook bij zichzelf te onderzoeken. Vaak leveren antwoorden op deze vragen weer nieuwe vragen op, waar hij ook weer volop aandacht aan besteedt. Wohlleben neemt je mee in zijn gedachtegang, die afwisselt tussen fascinatie, inspiratie en verbazing. En dat werkt erg aanstekelijk.