In De bouwstenen van alles beschrijft natuurkundige Suzie Sheehy twaalf baanbrekende deeltjesexperimenten.
Wat is de historische overeenkomst tussen het www, de CT-scan en de elektronica in je smartphone? Net als veel andere technologieën die we tegenwoordig voor lief nemen, komt dit allemaal voort uit experimenten van deeltjesfysici. Experimenten die in eerste instantie helemaal niet gericht waren op een of andere toepassing.
In De bouwstenen van alles beschrijft de Australische deeltjesfysicus Suzie Sheehy twaalf deeltjesexperimenten van 1900 tot nu die de wereld indirect hebben veranderd, of dat wellicht nog zullen doen. Zelf ontwikkelt de auteur deeltjesversnellers voor medische toepassingen.
Elk experiment wordt uitgebreid en verhalend beschreven, met veel aandacht voor de personen achter de proef en de tijdgeest. Je leest bijvoorbeeld hoe natuurkundige Wilhelm Röntgen zijn scanner testte door zijn hand en die van zijn vrouw eronder te steken. Bij de experimenten van het Zwitserse deeltjesinstituut CERN kan Sheehy bovendien putten uit eigen ervaringen, wat haar beschrijvingen nog levendiger maakt.
Op die manier presenteert Sheehy een korte geschiedenis van de moderne natuurkunde, bekeken door een labbril. Daarmee heeft ze een mooie, originele invalshoek te pakken. Verder is het boek een pleidooi voor nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek, waarmee we volgens Sheehy grote wereldproblemen kunnen oplossen. Dat is misschien een wat al te geromantiseerde kijk op het vak, maar het nut en de schoonheid van ongedwongen experimenteren komen zeker naar voren.