Elke maand vraagt New Scientist een wetenschapper om een boekentip op non-fictiegebied. Deze keer: bioloog Auke-Florian Hiemstra raadt Het Prentenboek aan.
‘Recent kwam ik een geweldig boek op het spoor: Het prentenboek van René Nauta en Aaldrik Pot. Een boek vol met plaatjes, zoals je prentenboeken kent. Maar ‘prenten’ is ook een werkwoord: het volgen van sporen van dieren. Als kind deed ik niet anders. Het wild zelf ontglipte me dan wel steeds, maar ik vermaakte me eindeloos met de sporen die ze achterlieten.
Met het zien van een afdruk leer je met dit boek niet alleen van welk dier die is, maar ook of het een linker- of rechterpoot betreft en of het een voor- of achterpoot is. Met plaatjes uit het veld, schematische tekeningen en foto’s van datgene wat al die prenten maakt: de onderkanten van dierenpoten. Zelfs spinnen- en keversporen staan vermeld.
Slechts één dier ontbreekt: de poten van de mens staan alleen af en toe op de foto als schaal. Nu kan ik als onderzoeker van plastic wel zeggen dat we vaak meer achterlaten dan alleen wat pootafdrukken in het zand. Opruimen dus, dat zwerfvuil. Gelukkig gaat prenten en prikken goed samen!’
