Over zwarte gaten is meer dan genoeg te vertellen, zo blijkt wel uit het bomvolle dossier in het maartnummer van New Scientist (hier te bestellen). Nóg meer weten? Deze drie boeken duiken dieper in deze extreme objecten.
Zwarte gaten
Afgelopen jaar gooide Marcel Vonk hoge ogen in New Scientist met zijn boek De race tegen de schildpad, over gedachte-experimenten uit de natuurkunde. En dat was niet de eerste keer dat de theoretisch fysicus scoorde in ons blad. Eerder schreef hij een hardcover vol over zwarte gaten, die we in januari 2018 uitriepen tot boek van de maand. ‘Het beste Nederlandse boek dat ooit over deze kosmische veelvraten is verschenen’, oordeelde redacteur George van Hal destijds.
Stephen Hawking
Misschien wel de beroemdste wetenschapper die cruciale bijdragen heeft geleverd aan wat we weten over zwarte gaten, is de Britse natuurkundige Stephen Hawking. In dit boek, met de ondertitel Een verhaal over vriendschap en zwarte gaten, haalt Leonard Mlodinow herinneringen op aan zijn in 2018 overleden vriend, waarmee hij verschillende boeken samen schreef. Lees hier het verslag van de door New Scientist georganiseerde boekpresentatie.
Licht in de duisternis
Astronoom Heino Falcke, verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen, speelde een sleutelrol bij het maken van de beroemde foto van het zwarte gat in het hart van sterrenstelsel M87. In Licht in de duisternis behandelt hij niet alleen de making of van die foto, maar ook een flink stuk sterrenkundegeschiedenis en wat zwarte-gaten-gerelateerde natuurkunde aan de speculatievere kant van het spectrum. Lees hier onze recensie.