In de afgelopen halve eeuw is over de hele wereld het onderwijs op alle niveaus in razend tempo uitgebreid, vooral voor meisjes en jonge vrouwen. Daarmee veranderden de man-vrouwverhoudingen navenant. Vrouwen trouwen later, krijgen minder kinderen, werken langer en verdienen meer.
Die winst aan kennis, inkomen en ook aan macht is voor veel mannen maar moeilijk te verkroppen. Vrouwen hebben mannen nu minder nodig als beschermer of als financieel toeverlaat. Volgens Abram de Swaan leidt deze ondermijning van de mannelijke overheersing tot maatschappelijke en psychische spanningen, die te herleiden zijn tot de kwetsuur van het mannelijk eergevoel: een collectieve en persoonlijke "narcistische' krenking. De Swaan ziet de opkomst van het nieuwe extreem rechts, het christelijk fundamentalisme en het hardnekkige jihadisme als een reactie op de mondiale vrouwenemancipatie die voor zo veel mannen blijkbaar zo bedreigend is. Zullen deze bewegingen dan toch doorzetten, of zijn ze een laatste stuiptrekking van een gedoemd patriarchaat?
Lees meer over dit boek in het volgende artikel
Abram de Swaan (1942) was van 1973 tot 2007 hoogleraar sociologie en sinds 2001 ook universiteitshoogleraar sociale wetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. Hij doceerde o.a. aan het Collège de France in Parijs en aan Columbia University in New York. Tot zijn succesvolste boeken behoren Amerika in Termijnen, De mens is de mens een zorg, Zorg en de staat, De mensenmaatschappij, Woorden van de wereld en Compartimenten van vernietiging. Zijn werk verscheen in twaalf talen. Hij was jarenlang columnist voor NRC Handelsblad en ontving in 2008 de P.C. Hooft-prijs voor zijn volledige oeuvre.