Een internationaal standaardwerk over hoe je ook als volwassene je eigen persoonlijkheid en hoogbegaafdheid beter kunt leren begrijpen, om zo van een hindermacht een superkracht te maken.
Het hoogbegaafde kind heeft de afgelopen tijd op de nodige belangstelling kunnen rekenen. Er is literatuur over de problemen die erdoor kunnen ontstaan, er is psychologische hulp en er bestaan speciale programma's voor hoogbegaafde kinderen op scholen. Maar hoe zit het met volwassenen, mensen die nooit een diagnose hebben gekregen omdat die eenvoudigweg niet bestond, en die pas sinds kort weten, of vermoeden, dat hun psychische of sociale kwetsbaarheid is terug te voeren op hoogbegaafdheid?
Een hoge intelligentie is een rijkdom. Maar bij hoogbegaafdheid gaat die intelligentie hand in hand met een grote sensitiviteit. Daardoor kun je het gevoel krijgen dat je anders bent dan anderen, dat je er niet bij hoort, dat je nooit echt op je plaats bent. Hoe kom je er als volwassene achter dat je hoogbegaafd bent? En als dat zo is, hoe kun je je leven dan beter inrichten? En hoe benut je vervolgens al je mogelijkheden?
In Te intelligent om gelukkig te zijn? geeft expert en bestsellerauteur Jeanne Siaud-Facchin even helder als meevoelend antwoord op al die vragen. Meeslepend en aan de hand van herkenbare voorbeelden vertelt ze hoe je ook als volwassene je eigen persoonlijkheid beter kunt leren begrijpen, om zo van een hindermacht een superkracht te maken.