Siddhartha Mukherjee onderzoekt aan de hand van zijn eigen familiegeschiedenis – een verleden vol geestesziekte en psychische aandoeningen – de menselijke erfelijkheid en het effect ervan op onze levens, persoonlijkheden, keuzes en lotsbestemmingen. In weergaloos proza beschrijft hij het eeuwenlange onderzoek naar de erfelijkheidskwestie – van Aristoteles en Pythagoras via Mendel en Darwin tot aan de revolutionaire eenentwintigste- eeuwse vernieuwers die het menselijk genoom in kaart brengen. In Het gen. Een intieme geschiedenis verweeft Mukherjee wetenschap en sociale historie met een persoonlijk verhaal, om een onthullende en magistrale geschiedenis te schrijven waarin een wetenschappelijke abstractie tot leven komt. Het boek is onmisbaar voor iedereen die geïnteresseerd is in de morele complexiteit van de huidige wetenschappelijke mogelijkheden om het menselijk genoom te lezen en te schrijven, en voor iedereen die zich bezorgd afvraagt wat de toekomst van de mens behelst.