Immer nieuwsgierig en vol verwondering bekijkt en beschrijft bioloog Jelle Reumer de dierenwereld. De raadselachtige paling, het gestreste edelhert, de steur die vergat uit te sterven, de clowneske saiga-antilope, de wonderbaarlijk complete zandkorrelslak, de evolutionair dwaze flamingo en nog veel meer beesten typeert hij op de van hem bekende enthousiaste en vermakelijke wijze. Dieren die ogenschijnlijk doodnormaal zijn en die we amper een blik waardig keuren, worden door zijn scherpzinnige blik ineens onverwacht bijzonder.
Reumer heeft een groot talent om in een korte schets met een hoog informatiegehalte over een dier te vertellen op een grappige, soms hilarische, soms filosofische manier. Taalvirtuoos als hij is legt hij de vinger op een gekke of onbegrijpelijke benaming, zoals het scheefbloemwitje, of verzint hij er zelf maar een: de Japanse baardgrondel. En passant geeft hij een lesje basale ecologie, laat hij zien dat verandering in het klimaat voor de ene soort profijtelijk is en voor een andere het einde betekent, deelt hij waar nodig een tik uit richting de dierenbescherming, maar voor alles benadrukt hij de oneindige veerkracht van de natuur.
Jelle Reumer is bioloog en voormalig directeur van het Natuurhistorisch Museum Rotterdam. Hij is als hoogleraar paleontologie verbonden aan de Universiteit Utrecht, columnist in Trouw en auteur van diverse boeken op het gebied van evolutie en (stads)natuur, waaronder Jelle's weekdieren, Wildpark Rotterdam en Kijk waar je loopt! Hij is medeauteur van Nobel op de kaart. Op zoek naar de Nederlandse Nobelprijswinnaars van vroeger en nu.