Slopend, troostend en onafscheidelijk. Cannabis en schizofrenie brengen, als een toxisch vechtpaar in een uitzending van Dr. Phil, het slechtste in elkaar naar boven. Waar schuurt het precies? En waarom kijken psychiaters met vrees én hoop naar een toekomst waarin cannabisgebruik mondiaal steeds verder normaliseert?
Jezelf ‘schizofreen blowen’, is dat een mythe uit oude antidrugscampagnes?
Niet helemaal. De meeste cannabisgebruikers hallucineren nooit en voelen zich niet achtervolgd door occulte groeperingen. Omgekeerd gebruiken de meeste schizofreniepatiënten nooit cannabis. Toch ligt al sinds 1987 een harde associatie op tafel. Een analyse van 50.645 Zweedse rekruten toonde toen aan dat cannabisgebruik samenhangt met een 2,4 keer grotere kans op de diagnose schizofrenie. De studie ontving veel kritiek, maar sindsdien hebben tientallen onderzoeken een vergelijkbare correlatie gevonden. En dat is zorgwekkend, want wie structureel een verstoorde versie van de werkelijkheid ervaart, is gemiddeld ongelukkiger, ongezonder, eenzamer, armer, gewelddadiger, verslaafder en leeft 20 tot 25 jaar korter. De kans op duurzaam herstel is bovendien slechts 10 tot 15 procent.
Dit is een premium-artikel
Lees direct verder, al vanaf €1,99 per maand. Al abonnee? Log in om direct verder te kunnen lezen.
InloggenBekijk aanbod