We sturen steeds meer spul de ruimte in. Grote hoeveelheden satellieten bederven ons zicht op het heelal en vergroten het risico op dodelijke botsingen. Projecten zoals Starlink van SpaceX, bestaande uit honderden kleine satellietjes die wereldwijd toegang tot internet moeten geven, helpen niet bepaald mee. Is het tijd om in te grijpen?
Op 11 juli 1979 regende het op aarde brokstukken van een ruimtestation. Skylab, de eerste Amerikaanse buitenpost in de ruimte, zou volgens berekeningen 1300 kilometer voor de kust van Zuid-Afrika in de oceaan storten. Het station viel echter langzamer uit elkaar dan voorspeld. De 77 ton zware kolos schoot zijn doel voorbij om uiteindelijk 16 kilometer boven de Indische Oceaan te exploderen. Het puin verspreidde zich over een strook met een lengte van 150 kilometer in het westen van Australië. Gelukkig raakte niemand gewond, maar het incident drukte ons maar weer eens met de neus op het feit dat dingen die we de ruimte in lanceren niet zomaar in het niets verdwijnen.
Dit is een premium-artikel
Lees direct verder, al vanaf €1,99 per maand. Al abonnee? Log in om direct verder te kunnen lezen.
InloggenBekijk aanbod