Kinderen onder de zes jaar maakt het niet uit of iemand scheel kijkt, maar iets oudere kinderen nodigen een kind dat loenst minder snel uit voor een verjaardagspartijtje.
Ouders kunnen beter een scheel kind door de oogarts laten helpen als het nog geen zes jaar oud is. Dat voorkomt dat het daarna sociaal een buitenbeentje vormt. Die suggestie wordt in ieder geval gewekt in een Zwitsers onderzoek. 118 kinderen van drie tot twaalf jaar oud kregen steeds weer een paar foto’s van kinderen te zien, waarvan in één foto de stand van de ogen was gephotoshopt.
De kinderen moesten telkens aangeven wie van de twee op hun verjaardagspartijtje mocht komen. Vanaf een leeftijd van zes jaar oud gaven de kinderen opmerkelijk vaak de voorkeur aan het kind met een normale oogstand. Andere factoren speelden bij deze keuze geen rol.
Softies? Sneeuwvlokjes? Niks daarvan – Gen Z is superkrachtig, zegt deze neurowetenschapper
Niks sneeuwvlokjes. Volgens neurowetenschapper Eveline Crone zijn hedendaagse jongeren juist sterk in een extreem ingewikkelde tijd.
De onderzoekers, waaronder enkele oogartsen, vermoeden dat de uitkomst te maken heeft met hoe kinderen naar een gezicht kijken, beschrijven ze in de British Journal of Ophthalmology. Jonge kinderen bestuderen afzonderlijke details, terwijl vanaf een jaar of zes kinderen net als volwassenen een totaalbeeld van een gezicht opnemen. Dan valt de scheelheid meer op.
Erick Vermeulen
