Mensen die ouder zijn dan dertig hebben gemiddeld slechts twee keer per decennium de griep, zo rapporteren wetenschappers in PLOS Biology.
Griepachtige klachten kunnen te wijten zijn aan veel verschillende ziekteverwekkers. Het is daarom moeilijk na te gaan hoe vaak mensen echt in bed blijven wegens het griepvirus influenza. Biologen hebben nu bloedmonsters van vrijwilligers onder de loep genomen, om toch de vraag te beantwoorden: hoe vaak hebben we de griep?
‘Bij mannen ruikt het meer naar kaas, bij vrouwen naar ui’: verrassende verhalen over microben
Ze zitten op je neus, op je bord, in je darmen, onder je voeten. Te klein om met het blote oog te zien, met oneindig veel en ...
Antistoffen
Als je door het influenzavirus bent besmet, maakt je immuunsysteem antistoffen aan. Deze vallen de eiwitten op het oppervlak van het virus aan. De antistoffen blijven, ook nadat de ziekte voorbij is, in je bloed zitten. Omdat het griepvirus constant evolueert, zullen de eiwitten van het virus (en dus de antistoffen) bij elke besmetting wat verschillen. Door te kijken welke antistoffen een lichaam bevat, is een soort ‘griepdagboek’ aan te leggen.
Zelden de griep
Het internationaal team van onderzoekers zocht in het bloed van de vrijwilligers naar de antistoffen die hoorden bij negen verschillende virusstammen die tussen 1968 en 2009 circuleerden. De vrijwilligers, afkomstig uit het zuiden van China, bleken in hun kindertijd eens per jaar de griep te hebben. Het aantal griepgevallen neemt af naarmate de leeftijd toeneemt. Personen boven de dertig hadden slechts twee keer per tien jaar de griep.
We hebben dus veel minder vaak de griep dan we denken. Dat betekent niet dat je je aanstelt als je beroerd onder de dekens kruipt. De griepachtige verschijnselen kunnen ook te wijten zijn aan verkoudheidsvirussen zoals het rhinovirus of het coronavirus.
Lees ook: