Onderzoekers van de Universiteit Gent ontwikkelden een nieuwe versie (WISC-III) van de Wechsler Intelligence Scale for Children (WISC) en probeerden die uit op kinderen in Vlaanderen en Nederland. Voor feitenkennis en spelling bleken Vlaamse kinderen veel hoger te scoren dan Nederlandse.
De oude WISC lijdt aan culturele slijtage. Het is mondiaal dé intelligentietest voor kinderen van 6 tot 16 jaar, maar is in Vlaanderen gebaseerd op onderzoek en ontwikkeling in 1981 en 1982. Twintig jaar is te oud voor een IQ-meetlat. Veel items zijn gedateerd en spreken kinderen niet meer aan. Maar belangrijker is dat kinderen steeds beter worden getraind om hun hersenen te gebruiken. Opvoedingsmethoden en opleidingen verbeteren, ouders zien steeds meer het belang van de cognitieve ontwikkeling van hun kinderen en alledaagse (communicatie)technologie leert kinderen spelenderwijs complexe problemen op te lossen. Het gevolg is dat de standaard opschuift. Kinderen die nu gemiddeld intelligent zijn, met een IQ van honderd, scoren drie tot vijf punten hoger dan kinderen met een gemiddelde intelligentie van tien jaar geleden.
De WISC-III bestaat uit een taalkundig en een niet-taalkundig gedeelte: in totaal dertien onderdelen. De kinderen moeten onder andere hun kunnen laten zien op het gebied van puzzels, doolhoven, woordkennis en rekenen. De onderzoekers hebben hun best gedaan om woorden te gebruiken die zowel in België als Nederland op dezelfde manier worden gebruikt.
‘Pijn werkt verschillend bij mannen en vrouwen’
Mannen en vrouwen ervaren pijn op een verschillende manier. Artsen moeten zich hier meer van bewust zijn, stelt Esmeralda Blaney Davidson.
Opmerkelijke verschillen
Het WISC-III team testte in een eerste fase 450 kinderen in Nederland en Vlaanderen. Tussen deze twee groepen bestaan opmerkelijke verschillen. Vlaamse kinderen hebben veel meer feitenkennis dan Nederlandse kinderen. Van de Vlaamse kinderen weet 40% waar de zon onder gaat, tegenover 23% van de Nederlandse kinderen. De Vlamingen kunnen ook beter spellen. Alle Vlaamse kinderen weten hoe je ‘school’, ‘adres’, en ‘verzekering’ schrijft, terwijl respectievelijk 76%, 53% en 37% van de Nederlandse kinderen dit goed doet. De onderzoekers wijten dit aan de nadruk die er in het Vlaamse onderwijs ligt op feitenkennis. In Nederland ligt die veel meer op vaardigheden als zelfstandigheid en assertiviteit.
Voor de andere onderdelen vonden de onderzoekers geen grote verschillen. In het grotere normeringsonderzoek met 1250 kinderen bleken allochtone kinderen de achterstand die hun ouders nog hadden ten opzichte van autochtonen gedeeltelijk te hebben ingehaald. Bij kinderen van hoogopgeleide ouders was er zelfs helemaal geen verschil tussen allochtoon en autochtoon.
Op 27 juli wordt de nieuwe versie gelanceerd.
Jelka Lustenhouwer