Europese wetenschappers hebben een toepassing ontwikkeld die via een website snel en redelijk precies vervuiling grafisch kan weergeven. Handig voor als je wilt weten of je moet evacueren of wellicht een aangepaste route moet nemen.
“Inderdaad, INTAMAP kan ook bij de giframp in Hongarije worden gebruikt”, reageert prof dr Edzer Pebesma aan de universiteit in Münster. “Je kan nu duidelijk zien waar zich het giftige slib bevindt, maar niet hoeveel. INTAMAP kan aan de hand van puntmetingen een schatting maken van de lokale concentraties en dikte van de laag. Dat is belangrijk als je wilt weten waar je moet beginnen met opruimen en voor bijvoorbeeld schadeloosstelling.”
Een INTAMAP-plot van temperaturen.
Pebesma, een geo-informaticus, werkte in een Europees onderzoeksprogramma aan INTAMAP. Een overheid, maar ook andere instanties, kan met de software een webserver inrichten waarop bezoekers dan de verspreiding van een vervuiling kunnen volgen. Dat gebeurt op basis van gegevens van een sensorenmeetwerk of van bijvoorbeeld meteorologische instituten. Een kaart toont dan, in allerlei kleuren, de geschatte lokale temperatuur, hoeveelheid straling of concentratie van een chemische stof.
Is het aardse magneetveld de weg kwijt?
Volgens sommigen kan het aardmagneetveld elk moment omkeren. Is er reden tot zorg?
Een systeem als INTAMAP zou heel nuttig zijn geweest na het ongeluk in de kerncentrale van Tsjernobyl, toen fall-out zich over Europa verspreidde. Dergelijke informatie is echter ook handig als er geen ramp is. Al eerder is het systeem getest met informatie over natuurlijke gammastraling, en het kan luchtverontreiniging in beeld brengen. Het kan bijvoorbeeld op basis van ozonmetingen door een aantal meetstations inschatten hoe groot de kans is dat ergens de concentratie ozon boven de normen uitkomt.
Rekenwerk
De snelheid van informatieverstrekking is een belangrijke motivatie voor het project geweest. Daarom gebruikt het systeem minder complexe parameters dan de precieze modellen die op supercomputers draaien. Die houden bijvoorbeeld rekening met allerlei chemische en fysische processen en vergen daardoor enorm langdurig rekenwerk. Toch zijn de uitkomsten van INTAMAP, vertelt Pebesma, veel waardevoller dan een educated guess. “Het systeem gaat op een kwantitatieve manier om met onzekerheden, en het geeft een schattingsnauwkeurigheid aan.”
De onderzoekers hebben allereerst een technische ontwikkeling uitgevoerd, met bijvoorbeeld afspraken over de vorm waarin meetgegevens door het systeem kunnen worden verwerkt. Daarnaast was er de ontwikkeling van de juiste statistiek. Nu kan, afhankelijk van de beschikbare hoeveelheid meetgegevens en de gewenste snelheid, het meest betrouwbare resultaat worden getoond. Het is een generieke technologie, benadrukt Pebesma, zodat het voor veel soorten metingen kan worden ingezet.
Ook buiten Europa is er inmiddels interesse in de Europese technologie, in de VS en in de internationale organisatie Group on Earth Observations.
Erick Vermeulen