Er zit toch geen water in de kern van de maan. Dat meldt een onderzoeksgroep onder leiding van aard- en planeetwetenschapper Zachary Sharp van de universiteit van New Mexico in Science.

Sharp trekt deze conclusie door verschillende maanmonsters chemisch te analyseren. De bevinding dat de maan droog is van binnen, staat haaks op eerder onderzoek dat juist suggereerde dat de maan binnenin veel water bevat. Maar volgens Sharp is dat niet zo.

Voor zijn eigen onderzoek richtte Sharp zich op chloor, een element dat snel reageert met water. Chloor kent twee stabiele vormen, de isotopen chloor-37 en chloor-35. Waterstof bindt het liefst met de zwaarste isotoop, chloor-37. Op aarde wordt al het extra chloor-37 dan ook opgeslokt in verbindingen met waterstof. Hierdoor is de verhouding van de hoeveelheid chloor-35 ten opzichte van de hoeveelheid chloor-37 op de hele aardbol vrijwel hetzelfde.

Thomas Hertog werkte samen met Stephen Hawking en onderzoekt de oerknal
LEES OOK

Thomas Hertog werkte samen met Stephen Hawking en onderzoekt de oerknal

Tijd en natuurwetten zijn voortgekomen uit de oerknal, in een chaotisch proces van toevalligheden, zegt theoretisch natuurkun ...

Maar bij de elf verschillende Apollomonsters die Sharp onderzocht blijkt de verhouding tussen het chloor-35 en het chloor-37 per monster sterk te verschillen. Volgens Sharp is zo’n grote verscheidenheid alleen maar mogelijk als er geen waterstof aanwezig is.

Recent is er wel water gevonden op de buitenkant van de maan door planeetgeologe Carle Pieterse van Brown University. Haar Moon Minerology Mapper (M3), gemonteerd op de Indiase satelliet Chandrayaan-1, liet zien dat er op verschillende zonrijke maanregio’s hydroxyl- en watermoleculen aanwezig zijn.

In een persverklaring zegt Pieterse: ‘Als we “water op de maan” zeggen, bedoelen we niet meren, oceanen of zelfs plassen. Water op de maan betekent water- en hydroxylmoleculen die reageren met steen en stof in de bovenste paar millimeter van het maanoppervlak.’ Pieterse denkt dat het water en het hydroxyl dat zij aantrof is ontstaan onder de invloed van de zonnewind op het maanoppervlak. Hiermee spreekt zij de resultaten van Sharp overigens niet tegen: die heeft het juist over het binnenste van de maan.

De aan- of afwezigheid van water in het binnenste van de maan geeft een idee over de hoeveelheid water op de maan toen die net ontstond. Dat geeft weer meer informatie over de ontstaansgeschiedenis van de maan.

De bevindingen van Sharp gaan wel in tegen eerdere beweringen, die onderzoeker Alberto Saal vorig jaar in Nature publiceerde. De geoloog van Brown University vond water in glazen bolletjes die afkomstig zijn uit vulkanen op de maan. Dat geeft volgens Saal aan dat er in de maan water aanwezig is.

Volgens Sharp zijn deze glazen bolletjes echter niet representatief voor al het gesteente op de maan. Misschien zit er geen water in ander gesteente dat uit de diepte van de maan komt.

Toch is ook Sharps onderzoek niet onweerlegbaar. ‘Het is geen direct bewijs’, zegt Eloide Tronche, postdoc-onderzoeker in de petrologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Tronche wijst erop dat Sharp niet naar water of waterstof heeft gezocht, maar naar een indicator hiervan, namelijk chloor. En dan kan het altijd zijn dat de indicator niet deugt.

Liz Brower