Onder het zuidpoolijs van Mars bevindt zich een meer van vloeibaar water, zo meldden wetenschappers een paar jaar geleden. Twee nieuwe studies zetten daar nu vraagtekens bij.
‘Voor het eerst hebben onderzoekers een significante hoeveelheid vloeibaar water gevonden op Mars’, schreven we in juli 2018. ‘Anderhalve kilometer onder het ijs van Mars’ zuidpool schuilt waarschijnlijk een 20 kilometer brede zoutwaterlaag.’
Dat bleek toen uit radarmetingen van het instrument MARSIS, aan boord van de Europese sonde Mars Express. De radiogolven die werden teruggekaatst door het spul onder het zuidpoolijs waren sterker dan verwacht. En dat zou duiden op de aanwezigheid van vloeibaar water.
‘Als we iets buitenaards ontmoeten, dan is het een machine’
Oude sterren en pril leven – dat zijn de onderwerpen waar het hart van sterrenkundige Leen Decin harder van gaat kloppen.
Een nieuwe analyse van MARSIS-data laat echter zien dat er op allerlei andere plekken óók sprake was van zulke sterke gereflecteerde radiogolven. Inclusief plekken waar het toch echt te koud lijkt voor vloeibaar water in wat voor vorm dan ook.
Zout en supergekoeld
Eerder was het al lastig om een meer van vloeibaar water te verenigen met de omstandigheden in de zuidpoolregio van Mars. Ook als het meer zou bestaan uit zout water – dat een lager smeltpunt heeft dan zoet water – zou je nog steeds een warmtebron nodig hebben om het vloeibaar te houden, schreven onderzoekers in 2019. En van zo’n warmtebron, bijvoorbeeld in de vorm van recent vulkanisme, is nooit bewijs gezien.
Andere onderzoekers stelden dat zo’n warmtebron niet nodig zou zijn als het water zouten als magnesium- en calciumperchloraat bevatte. Dan zou het water onder de heersende omstandigheden supergekoeld – oftewel: vloeibaar bij lagere temperaturen dan je zou verwachten – kunnen zijn.
Uit een nieuwe analyse van de Amerikaanse planeetwetenschappers Aditya Khuller en Jeffrey Plaut blijkt echter dat de zuidpoolregio vergeven is van plekken waar de radar op vloeibaar water duidt (zie alle stippen op onderstaande foto). En de onderzoekers ‘achten het onwaarschijnlijk’ dat er in al die gevallen sprake is van vloeibaar zout water. Op sommige van de aangegeven plekken is de gemiddelde temperatuur daar toch echt te laag voor. Ook als het zou gaan om supergekoeld water met perchloraten.
‘We waren ons ervan bewust dat er meer gebieden waren met sterke weerkaatsingen’, reageert Roberto Orosei van de Universiteit van Bologna, een van de auteurs van de studie die het meer suggereerde. ‘Die waren alleen niet zo helder en duidelijk als de gebieden waar wij ons op richtten. Nu Khuller en Plaut al die andere gebieden in kaart hebben gebracht, kunnen we die ook grondig gaan onderzoeken.’
Verder zegt Orosei dat ‘heldere reflecties weliswaar tekenen kunnen zijn van de mogelijke aanwezigheid van water’, maar dat hij en zijn collega’s in 2018 wel degelijk onderkenden dat er ook andere verklaringen mogelijk waren.
Water, ijs of mineralen?
Wat zijn die andere verklaringen dan? En welke is het meest waarschijnlijk? Daarover gaat een ander wetenschappelijk artikel, geschreven door planeetwetenschapper Carver Bierson van Arizona State University en collega’s. Zij noemen drie opties: zout water, zout ijs (zoals dat ook in aardse gletsjers voor kan komen), en bepaalde mineralen. Dat kunnen metaalertsen zoals hematiet zijn, maar ook bepaalde vormen van klei.
‘De beschikbare radarobservaties kunnen ons niet met zekerheid vertellen waarmee we hier te maken hebben’, schrijven Bierson en zijn team. Maar als ze alle beschikbare gegevens tegen elkaar afwegen, geven ze de voorkeur aan mineralen als veroorzakers van het signaal.
‘De ontdekking van meerdere gebieden met een hoge reflectie is extreem belangrijk als we willen uitvinden hoe het bewijs voor vloeibaar water te rijmen is met hoe moeilijk het is om de aanwezigheid ervan vanuit theoretisch oogpunt te verklaren’, zegt Orosei. ‘Maar dit is pas het begin. Hogeresolutieobservaties en zorgvuldige analyse zijn nodig om de échte oorzaak van die heldere reflecties voor elke locatie te bepalen.’