Chicago, Illinois (VS) – Veel gevallen van suikerziekte blijven onopgemerkt doordat bij diabetespatiënten 's middags de suikerspiegel lager is.


Bij de controle van de suikerspiegel van patiënten, hanteren een artsen een grenswaarde van 7,0 millimol per liter (ca. 1,26 g/l). Komt de gemeten suikerspiegel hoger uit, dan is het tijd om met de patiënt maatregelen af te spreken.
In het Journal of the American Medical Association bespreekt een aantal Amerikaanse onderzoekers de analyse van suikerspiegels op diverse tijdstippen van de dag. Ze analyseerden de bepalingen bij bijna 13.000 mensen. De helft daarvan mocht vanaf half negen 's avonds niets meer eten of drinken, behalve water, waarna vervolgens 's ochtends de suikerspiegel werd bepaald. Gemiddeld vastte deze groep 13,5 uur. Van de andere deelnemers werden in de middag de suikerniveaus gemeten. Degenen die vroeg in de middag aan de beurt waren, mochten voor half acht 's ochtends nog een ontbijtje nemen. De andere groep nuttigde uiterlijk voor half twaalf nog een lunch. De gemiddelde vasttijd van deze groep bedroeg zeven uur. De onderzoekers zorgden er voor dat alle groepen vergelijkbaar waren wat betreft de verhoudingen in onder meer leeftijd, geslacht, ras, vóórkomen van suikerziekte in de familie, gewicht, rookgedrag, alcoholinname, opleiding en medicijngebruik.
Bij het vasten stijgt de hoeveelheid suiker in het bloed. Uit het onderzoek blijkt dat bij de groep die 's middags werd getest, de gemeten waarden beduidend lager waren. In de 's ochtends gemeten groep wezen 2,8% van de meetwaarden op diabetes, bij de groep 's middags slechts 1,4%. De onderzoekers stellen voor om bij de middagmetingen 6,33 millimol per liter als grenswaarde te nemen, en een diagnose te bevestigen door een meting op een ander tijdstip van de dag te herhalen.

Erick Vermeulen