In Mozambique zijn bij Afrikaanse vrouwtjesolifanten in hoog tempo hun slagtanden weggeëvolueerd als gevolg van hevige strooptochten naar ivoor tijdens de burgeroorlog in het land. Dit ondanks het feit dat een van de betrokken mutaties mannelijk nageslacht doodt.

Tijdens de oorlog van 1977 tot 1992 jaagden beide kanten op olifanten voor hun ivoor. De olifantenpopulatie van het Gorongosa National Park kelderde. Evolutiebioloog Shane Campbell-Staton en zijn collega’s hebben nu aangetoond dat het percentage slagtandloze vrouwtjes tijdens het conflict steeg van 19 naar 51 procent.

Zij baseren hun werk op historisch beeldmateriaal en hedendaagse waarnemingen. Een statistische analyse geeft aan dat het extreem onwaarschijnlijk is dat het slagtandverlies zou gebeuren zonder de selectiedruk van het stropen. Sinds het eind van de oorlog neemt het percentage olifanten met slagtanden weer toe.

Mieren zijn magnifieke navigators
LEES OOK

Mieren zijn magnifieke navigators

Mieren zijn in staat tot verbazingwekkende navigatieprestaties. Misschien kan waardering hiervoor helpen om deze insectensoorten te behouden.

Het van slagtanden door jagen of stropen op ivoor gebeurde op andere plekken al eerder. Zo heeft minder dan 5 procent van de mannelijke Aziatische olifanten in Sri Lanka nog slagtanden.

X-chromosoom

Vreemd genoeg hebben alle mannelijke Afrikaanse olifanten ondanks het jagen hun slagtanden behouden. Dit lijkt het gevolg van een genetische eigenaardigheid.

Het team heeft nog niet gevonden welke specifieke genetische veranderingen het ontbreken van slagtanden bij vrouwtjes veroorzaakt. Het lijkt er echter op dat er twee mutaties bij betrokken zijn. Een is waarschijnlijk een gen op het X-chromosoom genaamd ‘AMELX’, dat een rol speelt in de vorming van tanden.

Het lijkt erop dat deze mutatie ook andere belangrijke genen in de buurt beïnvloedt. Vrouwtjes hebben twee kopieën van het X-chromosoom. Als één kopie niet gemuteerd is, functioneren de genen op dat chromosoom normaal en zal de olifant nog steeds gezond zijn. Mannetjes hebben echter maar één X-chromosoom. Hierdoor is de mutatie dodelijk voor ieder mannetje dat het erft.

Een vrijwel identieke genetische aandoening kan bij mensen voorkomen, zegt Campbel-Staton. Vrouwen missen dan hun bovenste snijtanden – het equivalent van slagtanden – en mannelijke foetussen met de mutatie sterven meestal in het derde trimester.

Domino-effect

In de toekomst zouden verdere genetische veranderingen de dodelijkheid kunnen inperken, en er zo voor zorgen dat ook mannetjes hun slagtanden inleveren. Vooralsnog wijst niets erop dat dat ook gebeurt.

Maar ook het verlies van slagtanden bij vrouwtjes kan allerlei domino-effecten opleveren, zegt Campbell-Staton. ‘Slagtanden zijn in feite een Zwitsers zakmes voor Afrikaanse olifanten’, zegt hij. Ze gebruiken het om boomschors te verwijderen, om kuilen voor grondwater te graven, enzovoorts. Het verlies van slagtanden kan vrouwtjes beschermen tegen stropers, maar maakt het ze op andere manieren moeilijker om te overleven.

Bovendien zijn veel andere dieren indirect afhankelijk van de slagtanden van olifanten – bijvoorbeeld om water te halen uit de kuilen die ze met hun slagtanden graven. ‘Dit houdt biodiversiteit in stand’, zegt Campbell-Staton. ‘Al die trapsgewijze gevolgen die kunnen voortvloeien uit onze handelingen zijn best verbazingwekkend.’

no-image
Leestip: meer weten over evolutie? Bestel hier Eerste stappen, over hoe de evolutie ervoor zorgde dat de mens rechtop ging lopen.