Mondmicroben worden steeds vaker in verband gebracht met hoofd-halskanker. Maar we begrijpen nog niet precies welke rol ze spelen.

Onderzoekers vinden steeds meer bewijs dat de microben in onze mond het risico op bepaalde vormen van kanker vergroten. Ook beïnvloeden ze mogelijk de prognose eens kanker zich ontwikkelt. Het precieze verband is echter niet duidelijk.

Bomvol bacteriën

Na de darmen is de mond de thuisbasis van de grootste diversiteit aan microben. Alleen al op onze tanden, tong en zachte weefsels zitten meer dan zevenhonderd soorten bacteriën.

Dossier: Zo sport je slimmer
LEES OOK

Dossier: Zo sport je slimmer

In het dossier 'Zo sport je slimmer' duiken we diep in sportkwesties. Ontdek wat de slimste manier is om fit(ter) te worden.

In de afgelopen tien jaar zijn tandvleesaandoeningen en de microben die ontstaan door een slechte mondhygiëne steeds vaker in verband gebracht met ziektes zoals alzheimer en artritis. Ook zijn er aanwijzingen dat het orale microbioom een rol speelt bij hoofd-halskanker. In Nederland is ongeveer 3 procent van de gevallen van kanker in het hoofd-halsgebied. In België is dit ongeveer vier procent.

Tot voor kort waren de meeste van deze onderzoeken kleinschalig en wezen ze alleen bepaalde groepen bacteriën aan bij mensen die al kanker hadden. Daardoor was het onduidelijk of de bacteriën de aandoening veroorzaakten of slechts medereizigers waren.

Monsters met mondmicroben

In september kwamen onderzoekers onder leiding van microbioloog Soyoung Kwak van de New York University uit de VS dichter bij het ophelderen van die onzekerheid. Het team analyseerde gegevens van drie lopende onderzoeken die de gezondheid van 159.840 mensen in de VS volgen.

Aan het begin van de drie onderzoeken waren speekselmonsters genomen. Ongeveer tien tot vijftien jaar na deze speekselproef bekeken de onderzoekers de gezondheid van de proefpersonen. Ze konden toen de ontwikkeling van een plaveiselcelcarcinoom in hoofd en nek – een soort kanker dat de slijmvliezen van mond, neus en keel aantast – in verband brengen met de aanwezigheid van dertien bacteriesoorten in de speekselmonsters. Deze soorten waren nog niet eerder in verband gebracht met deze aandoening.

De onderzoekers ontdekten ook een verband met bacteriën uit het zogeheten rode en oranje complex, die gepaard gaan met tandvleesaandoeningen. Iemand die al deze bacteriën gezamenlijk had, had een significant verhoogd risico op hoofd-halskanker.

Het onderzoek was niet ontworpen om oorzaak en gevolg vast te stellen, maar levert wel het sterkste bewijs tot nu toe dat bepaalde bacteriën in verband staan met de ontwikkeling van kanker. ‘Ik denk dat dit een extra reden is om een goede mondhygiëne te handhaven’, zegt teamlid en microbioloog Richard Hayes.

Orale ontregeling

Andere onderzoeksgroepen werkten ondertussen aan het ontrafelen van de mechanismen waarmee bepaalde mondbacteriën de kans op kanker verhogen. Eerder dit jaar identificeerden chirurg Jason Chan van de Chinese Universiteit van Hong Kong en zijn collega’s zeven soorten die met name rijkelijk aanwezig waren in tumoren in de mondholte, maar niet in gezond weefsel. Vervolgexperimenten lieten zien dat verschillende genen waren ‘aangezet’ die beïnvloeden hoe cellen voortleven, rondreizen en aan elkaar plakken – eigenschappen die vaak ontregeld zijn bij kanker.

‘Hoewel we op dit moment nog geen gegevens hebben die een oorzakelijk verband tussen bacteriën en kanker aantonen, suggereert onze studie dat bacteriën een rol spelen bij deze kankers en de ontwikkeling ervan lijken te stimuleren. We denken dat ze dat vooral in een vroeg stadium doen’, zegt Chan.

Onzekerheid en ontstekingen

Eén bacteriesoort die in beide onderzoeken werd geïdentificeerd is Fusobacterium nucleatum, een belangrijk lid van de bacteriën uit het rode complex. Eerder laboratoriumonderzoek door microbioloog Ofer Mandelboim van de Hadassah-Hebrew Universiteit in Jeruzalem en zijn collega’s wees uit dat deze soort bacteriën kankercellen helpt beschermen tegen aanvallen van het immuunsysteem.

Dit zou tumoren haast vrij spel geven om te groeien, zegt microbioloog Miguel Reis Ferreira van King’s College London uit het VK. Hij onderzoekt de rol van microben bij het verbeteren van de behandeling van kanker.

Maar recent onderzoek door Reis Ferreira’s eigen groep laat zien dat de relatie niet eenduidig is. Zijn team ontdekte dat mensen met hoofd-halskanker met hogere niveaus van F. nucleatum eigenlijk een betere prognose hebben dan mensen met lagere niveaus. Vervolgexperimenten in laboratoria wezen ook op een grote afname van het aantal levensvatbare kankercellen nadat ze waren geïnfecteerd met F. nucleatum-bacteriën. ‘In wezen ‘smelten’ ze hoofd-hals-kankercellen’, zegt hij.

Verwijzend naar het onderzoek van het team van Hayes en Kwak, zegt Reis Ferreira dat hoewel dit een zeer groot onderzoek was, het niet bewijst dat bacteriën uit het rode of oranje complex kanker veroorzaken. ‘Het zou ook gewoon kunnen dat deze bacteriën gedijen in omgevingen waar veel ontsteking is, en ontsteking is een bekende risicofactor voor kanker.’

Potentiële prognoseverbetering

Het is belangrijk om deze relaties te doorgronden. ‘Hoofd-halskanker is een ziekte waarvoor weinig aandacht is. Ook is de behandeling nog niet echt doorontwikkeld. Er is veel ruimte voor verbetering’, zegt Ferreira.

De hoop is dat onderzoekers de informatie over deze risicobacteriën kunnen gebruiken, misschien in combinatie met informatie over de levensstijl, om mensen in te delen in groepen met een hoog of laag risico op hoofd-halskanker. ‘Degenen in de hoog-risico-categorieën zouden dan in aanmerking kunnen komen voor zorgvuldiger mondonderzoek naar kanker’, zegt Hayes.

Het veranderen van het microbioom in de mond van mensen zou ook invloed kunnen hebben op hun prognose, zegt Chan. ‘We weten van melanoomonderzoeken dat het manipuleren van het darmmicrobioom de respons op immuuntherapie kan verbeteren. Dus wie weet of we via het microbioom ook de behandelresultaten van deze patiënten met hoofd-halskanker kunnen verbeteren?’