Guppy’s met grote hersenen ontkomen eerder aan predators. Daardoor leven ze langer dan soortgenoten die het met een kleiner uitgevallen brein moeten doen. Helaas geldt dat niet voor de mannetjes.

Mannelijke guppy's hebben vaak fellere kleuren dan de vrouwtjes. Foto: Frank Boston
Mannelijke guppy’s hebben vaak fellere kleuren dan de vrouwtjes. Foto: Frank Boston

Alexander Kotrschal van de Universiteit van Stockholm en zijn collega’s hebben guppy’s gekweekt die grotere of juist kleinere hersenen hebben dan het gemiddelde guppy. De onderzoekers toonden eerder al aan dat de visjes met grotere hersenen ook echt slimmer zijn.

Op zoek naar de vliegroute van de grote stern
LEES OOK

Op zoek naar de vliegroute van de grote stern

Ecoloog Ruben Fijn bracht met gps voor het eerst uitgebreid het vlieggedrag van de grote stern in kaart. Zijn onderzoek laat ...

Kleuren

De guppy’s – sommige met grote en sommige met kleine hersenen – werden losgelaten in een beekje met predators. Na enige tijd werden de overlevenden teruggeteld, en bleek dat vrouwtjes met grote hersenen 13 procent minder waren gegeten dan de minder intelligente vrouwtjes.

Voor de mannelijke guppy’s gold dit niet. Volgens de wetenschappers kunnen de felle kleuren die mannetjes vaak hebben, het gunstige effect van een hoge intelligentie teniet doen. De onderzoekers zagen wel dat mannetjes met grote hersenen sneller zwemmen en beter onthouden waar ze een vrouwtje gezien hebben.

Interactie

Volgens Kotrschal bevestigen de resultaten een belangrijk mechanisme voor de evolutie van hersengrootte. Het laat namelijk zien dat interactie tussen prooi en predator invloed kan hebben op de maat van het brein.

Het lijkt misschien vanzelfsprekend dat grote hersenen en overleven goed samengaan, maar tot nu toe is er alleen een correlatie aangetoond. De mogelijkheid werd dus opengelaten dat er een derde factor is die ervoor kan zorgen dat dit effect bestaat. Door de hersengrootte te manipuleren kon Kotrschals team aantonen dat de interactie tussen prooi en predator invloed heeft op de hersenen.

Het is volgens Kotrschal de eerste keer dat iemand experimenteel heeft aangetoond dat grotere hersenen voordelig kunnen zijn voor de overlevingskansen. ‘Het is alsof de evolutie zich voor je ogen afspeelt en je kunt zien welke invloed het op de hersenen heeft’, zegt hij.

Balans

Deze studie laat volgens Kotrschal voor het eerst zien hoe verschillen in de grootte van de hersenen van een gewervelde door de evolutie konden ontstaan. Het helpt verklaren waarom er zo veel variatie tussen soorten is. Hersenen kosten een hoop energie, zegt David Reznick van de universiteit van Californië. Dit betekent dat er een optimale hersengrootte is die de balans vindt tussen kosten en voordelen.

‘We weten dat hersengrootte verschilt van soort tot soort’, zegt Reznick. Deze verschillen tussen soorten moeten betekenen dat de hersenen evolueren. Maar dit proces hebben we nog nooit eerder zo zien voltrekken. Tot nu toe konden we alleen raden naar de oorzaken voor een groot brein en de gevolgen die dat heeft.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief. 

Lees ook: