Langzaam maar zeker beginnen wetenschappers beter te begrijpen hoe het coronavirus reuk en smaak aantast. Maar er zijn ook nog een hoop vragen. Zegt reukverlies iets over hoe ernstig de ziekte zal verlopen? In welke mate keert de reukzin uiteindelijk weer terug? En kan dit symptoom ook ingezet worden voor het stellen van betere diagnoses?
Verlies van reuk en smaak is een van de meest voorkomende symptomen van covid-19. Studies tonen aan dat tussen de 40 en 85 procent van de besmette mensen ermee te maken krijgt. Hoewel de reukzin bij veel mensen weer redelijk snel herstelt, is deze bij sommigen maanden later nog steeds niet volledig teruggekeerd.
‘Bij mannen ruikt het meer naar kaas, bij vrouwen naar ui’: verrassende verhalen over microben
Ze zitten op je neus, op je bord, in je darmen, onder je voeten. Te klein om met het blote oog te zien, met oneindig veel en ...
Covid-19 is zeker niet de enige ziekte waarbij verlies van smaak en reuk voorkomt. Ook andere virussen, waaronder die achter de griep of een gewone verkoudheid, kunnen onze reukzin verminderen. Dit is meestal het gevolg van verstopte luchtwegen, waarbij slijm verhindert dat lucht de reukreceptoren in de neus bereikt. Dat beperkt ook onze smaak, aangezien deze grotendeels bepaald wordt door geurmoleculen in het eten. Dit ongemak verdwijnt vanzelf, samen met de andere symptomen.
Het reukverlies door SARS-CoV-2, het virus dat covid-19 veroorzaakt, is echter heel anders. ‘Bij covid-19 zie je deze vorm van neusverstopping niet echt’, zegt Michael Xydakis, kno-arts bij de Amerikaanse luchtmacht. Hij doet onderzoek naar gebrek aan reukzin, ofwel anosmie. ‘Dit roept vragen op. Welke moleculaire mechanismes leiden hier dan wel tot reukverlies? En wat vertelt dit ons over het virus?’
Uniek patroon
Reukzin is een complex proces. Telkens wanneer we lucht inademen, reizen geurmoleculen uit de omgeving richting het zogeheten reukepitheel boven in onze neus. Dit kleine stukje weefsel bevat miljoenen zenuwcellen gespecialiseerd in het verwerken van geuren. Elk van deze cellen is uitgerust met minieme haarvormige uitsteeksels. Deze zogeheten trilharen steken boven het slijm aan de binnenkant van de neus uit om passerende geurmoleculen te vangen.
De receptoren van de reukzenuwcellen kunnen deze moleculen vervolgens oppikken. Wanneer een bepaald geurmolecuul aan zo’n receptor bindt, verzendt die laatste een signaal richting het brein. Aangezien iedere receptor aanslaat op slechts een specifiek geurmolecuul, is het corresponderende patroon van verzonden signalen uniek voor die geur. Dit stelt mensen in staat om duizenden verschillende geuren te onderscheiden.
Ontsteking in neus
De afgelopen maanden hebben we langzaam een beeld gekregen van hoe een corona-infectie tot anosmie leidt. De neus biedt een toegangspoort voor iedere ziektekiem die zich via de luchtwegen verspreidt, inclusief SARS-CoV-2. Sommige virussen, zoals polio, dringen ons lichaam binnen via de neusholtes, waar ze de reukzenuwcellen direct infecteren. Hierbij beschadigen ze deze cellen, wat leidt tot een tijdelijk of zelfs langdurig verlies van smaak en reuk.
SARS-CoV-2 werkt echter een beetje anders. We weten dat het virus binnendringt in cellen in de longen en andere delen van het lichaam via het receptoreiwit ACE2. Onderzoek van kno-arts Andrew Lane en zijn collega’s van de Johns Hopkins School of Medicine in Baltimore, Maryland toonde dat het virus zich ook aan dit eiwit bindt in sustentaculaire cellen in de neus. Dit type cel biedt structurele en metabolische ondersteuning aan het reukepitheel.
‘We komen het ACE2-eiwit, dat helpt bij het reguleren van de bloeddruk, op veel plekken in het lichaam tegen, zoals in de longen en nieren’, zegt Lane. ‘Het blijkt ook veel voor te komen in de sustentaculaire cellen. En, voor welke reden dan ook, gebruikt het virus dit eiwit om toegang te krijgen tot deze cellen.’ Zodra het virus deze ondersteunende cellen binnendringt, treedt het immuunsysteem in werking. Dit roept een ontsteking op in het reukepitheel.
Volgens een onderzoek dat zowel naar covid-19-patiënten als naar met SARS-CoV-2 besmette dieren keek, zorgt deze ontsteking ervoor dat de reukzenuwcellen hun trilharen verliezen. Zonder deze kleine haartjes die de geurmoleculen uit de lucht vangen, is het lastig voor de receptoren van de reukzenuwcellen om deze moleculen op te pikken. De reukzin keert normaal gesproken terug wanneer de ontsteking gedempt is en nieuwe trilharen kunnen groeien.
Milder ziekteverloop
Dit mechanisme helpt te verklaren waarom – anders dan bij een verkoudheid – het reukverlies bij covid-19 vaak plotseling en in hevige vorm optreedt. Toch zegt dit verlies van zintuigen nog niet direct iets over het ziekteverloop. Er is weinig bewijs dat reukverlies kan voorspellen hoe ernstig een geval van covid-19 zal zijn, zegt kno-arts Justin Turner van de Vanderbilt Universiteit in Tennessee.
‘Patiënten die een aantasting van de reukzin ervaren, neigen naar een minder ernstig ziekteverloop’, vervolgt Turner. ‘Ze komen minder vaak in het ziekenhuis terecht. En als ze er wel komen, dan hoeven ze minder vaak aan de beademingsapparatuur. Maar er zijn een hoop variabelen die hier invloed op hebben. Er is nog veel werk dat we moeten doen om te begrijpen wat voor verband er is, als er überhaupt al een is.’
Negatieve invloed
Typisch duurt anosmie maar kort. ‘Het goede nieuws is dat bij de meeste mensen de reukzin terugkeert zodra, binnen een dag of tien, de ontsteking verdwijnt’, zegt kno-arts Beverly Cowart van het Monell Chemical Senses Center in Philadelphia. Toch houdt het reukverlies bij sommige mensen maanden aan.
Onderzoek hiernaar is dringend vereist, aangezien het verlies van smaak en reuk – vooral wanneer het lang aanhoudt – een slopende werking kan hebben. Zo heeft het invloed op het genot dat we ervaren bij het eten. Daarnaast zorgen deze zintuigen voor bescherming, zegt Turner. Zonder ze ‘merk je geen schadelijke of gevaarlijke geuren op, zoals rook, gas of bedorven voedsel. Het is belangrijk om te realiseren dat anosmie echt een negatieve invloed kan hebben op mensen. Zowel op hoe ze zich voelen, als op hun alledaagse functioneren.’
Herstellend reuksysteem
Het is mogelijk dat de ontsteking in sommige gevallen ernstig genoeg is om reukzenuwcellen te beschadigen, waarbij langdurig reukverlies optreedt, zegt Cowart. Toch weten we dat op dit moment nog niet zeker.
‘Helaas is het zo dat, wanneer je na een jaar nog steeds niet kan ruiken, je je reukzin waarschijnlijk niet meer terugkrijgt’, zegt Xydakis. ‘Maar we weten nog niet wat hier aan de hand is. Dit zijn vragen die we proberen te beantwoorden.’
Dit is een ingekorte versie van een artikel uit de nieuwe editie van New Scientist. Wil je het volledige artikel lezen, inclusief een interview met geurwetenschapper Elbrich Postma van Wageningen UR, bestel New Scientist 87 dan in onze webshop!