In de steentijd gebruikten Noord-Europese jagers verrassend materiaal voor de scherpe uiteinden van hun wapens: mensenbotten. Dit blijkt uit een analyse van pijlpunten die aanspoelden aan de Nederlandse kust. Het gebruik van mensenbotten had mogelijk een symbolisch doel, zoals het ‘vangen’ van de vaardigheid van een overleden jager in de wapens.

Voor de komst van de boeren werd Europa in de steentijd bevolkt door jager-verzamelaars. Het landschap waarin zij leefden verschilt met dat van het hedendaagse Europa. Onze planeet bevond zich diep in een ijstijd. Veel water zat opgesloten in ijskappen bij de polen en de zeespiegel lag vele meters lager dan tegenwoordig. Hierdoor verbond een uitgestrekt, droog gebied op de plek van de huidige Noordzee, genaamd Doggerland, Engeland met het Europese vasteland.

‘Einstein liep als theoreticus vast op de nieuwe bevindingen’
LEES OOK

‘Einstein liep als theoreticus vast op de nieuwe bevindingen’

Toen de Nederlandse natuurkundige Heike Kamerlingh Onnes iets geks ontdekte over supergeleiding, was dit onder veel fysici het gesprek van de dag. Maa ...

Dit gebied kwam zo’n 8.000 jaar geleden weer onder water te staan. Materialen die de vroegere bewoners van Doggerland achterlieten, spoelen nu geregeld aan op de Nederlandse stranden. Archeologen verzamelden hier honderden puntige voorwerpen met weerhaken, gemaakt van bot.

Geslepen mensenbotten

‘We zijn er redelijk zeker van dat dit projectielpunten zijn’, zegt Jan Dekker, archeologiestudent aan de Universiteit Leiden en hoofdauteur van het onderzoek. Het waren ofwel de punten van werpwapens zoals speren, of pijlpunten. Dekker vermoedt dat laatste, maar zegt dat dat niet met zekerheid vastgesteld kan worden.

Samen met zijn medeonderzoekers bestudeerde Dekker negen van bot gemaakte punten. Koolstofdatering onthulde dat deze tussen de 7.300 en 9.500 jaar oud waren. De onderzoekers slaagden er verder in om bewaard gebleven eiwitten uit de beenderen te halen. Deze gebruikten ze om te achterhalen van welke diersoort het bot afkomstig was.

Zeven van de spitsen bleken gemaakt te zijn van botten en geweien van edelherten. De overige twee bestonden uit mensenbot. Dit waren niet slechts ceremoniële objecten, maar ze werden ook in de praktijk gebruikt, zegt Dekker. ‘Ze zijn opnieuw scherp geslepen. Ze vertonen gebruiksslijtage.’

De negen onderzochte punten en de locaties waar ze zijn aangetroffen. De blauwe bolletjes tonen de locatie in het vroegere Doggerland waar de pijlspitsen waarschijnlijk zijn achtergelaten. De punten met de labels P03 en P29 zijn gemaakt van mensenbot. Afbeelding: R.J. Looman/RMO Leiden/J. Porck (CC BY-NC-ND 4.0)

Karakter oproepen

Het gebruik van mensenbotten kwam in meerdere culturen voor. Toch is het volgens Dekker relatief zeldzaam en waren er bovendien altijd regels aan verbonden. ‘Je kunt [zo’n] bot niet zomaar willekeurig gebruiken.’

Het is onmogelijk te achterhalen waarom jager-verzamelaars in de steentijd mensenbotten gebruikten voor het maken van de punten voor hun jachtwapens, zegt Dekker. In andere jager-verzamelaar-samenlevingen worden botten echter vaak gebruikt om de karaktertrekken van hun vorige eigenaars in de wapens te vangen.

Getalenteerde jagers

Zo werden hertenbotten gebruikt om van de eigenschappen van het dier te profiteren. ‘Wanneer je het materiaal van een bepaalde soort gebruikt, is dat vaak om een beroep te doen op een stereotype eigenschap van die soort. Een hert is elegant en lichtvoetig. Door een pijlpunt van hertenbot te maken, probeer je ervoor te zorgen dat de pijl dat ook is’, zegt Dekker.

‘Bij menselijke botten lijkt dit gelinkt te zijn aan de identiteit van het individu’, vervolgt hij. Zo zou het kunnen dat de botten van bijzonder getalenteerde jagers gewild waren, omdat mensen misschien geloofden dat deze ‘doordrenkt’ waren met de vaardigheden van deze persoon.

LEESTIP: In De standaardwaarde van de mens vertelt gedragsbioloog Mark Nelissen hoe onze oeroude genen ons nog altijd sturen. Te koop in onze webshop.