De kreten van zwartvoetpinguïns voldoen aan twee fundamentele taalwetten. Het zijn de eerste niet-primaten waarbij bewezen is dat hun taal deze wetten volgt.
De wet van beknoptheid, opgesteld door taalwetenschapper George Kingsley Zipf, stelt dat veelgebruikte woorden doorgaans korter zijn dan woorden die weinig worden gebruikt. Dat zie je bijvoorbeeld aan de tien meestgebruikte woorden in het Nederlands: de, ja, en, uh, een, ik, dat, van, is en die.
De wet van Menzerath-Almann stelt dat langere samenstellingen gemiddeld uit kortere onderdelen bestaan, en omgekeerd. Dat houdt bijvoorbeeld in: hoe langer een woord, hoe korter de lettergrepen waaruit dat woord bestaat. Korte woorden hebben dan weer gemiddeld langere lettergrepen.
‘Ik probeer robots te ontwikkelen die ook echt een nieuwe stap maken’
Hoe werkt vliegen? Dat lijkt een simpele vraag, maar voor luchtvaarttechnicus en bioloog David Lentink is het een levenslange zoektocht.
Elke menselijke taal voldoet aan beide wetten. Ook was al bewezen dat de wetten opgaan bij talen van andere primaten, waaronder chimpansees en gelada’s.
Ezelspinguïns
Onderzoekers uit Frankrijk en Italië hebben nu laten zien dat de wetten ook kunnen standhouden bij niet-primaten. Ze bestudeerden 28 mannelijke zwartvoetpinguïns in Italiaanse dierentuinen. Deze dieren maken een zeer herkenbaar geluid dat lijkt op het gebalk van een ezel – daarom worden ze ook wel ezelspinguïns genoemd.
De onderzoekers maakten geluidsopnames van 590 ecstatic display songs. Dat zijn kreten die de mannetjes als een soort visitekaartje uitstoten, bijvoorbeeld om zichzelf herkenbaar te maken, een vrouwtje te versieren of het eigen territorium af te bakenen. De kreten bestaan uit lange reeksen van drie verschillende geluiden – vergelijkbaar met onze lettergrepen.
Uit de opnames bleek dat de pinguïns de kortste van de drie ‘lettergrepen’ het vaakst gebruikten en de langste het minst vaak. Daarmee voldoet hun taal dus aan Zipfs wet van beknoptheid – al kan dat bij slechts drie geluiden natuurlijk ook toeval zijn. Daarnaast bevatten lange pinguïnkreten gemiddeld meer korte lettergrepen dan korte kreten, zoals de wet van Menzerath-Almann voorschrijft.
Energiezuiniger
De onderzoekers verklaren hun vondst vanuit evolutionair oogpunt. Ze stellen dat een taal die aan beide wetten voldoet energiezuiniger is dan andere talen. Het versieren van een vrouwtje kost met zo’n taal bijvoorbeeld minder energie. Daardoor heeft een mannetje dat de wetten volgt meer kans zich voort te planten en zijn talenknobbel aan zijn nageslacht door te geven.
Het resultaat is gepubliceerd in Biology Letters.