Hoe hard poept een pinguïn? Dat hebben Japanse onderzoekers vastgesteld met een natuurkundige berekening. Het resultaat kan pinguïnverzorgers helpen om gênante situaties te voorkomen.
Adeliepinguïns staan erom bekend dat ze hun poep (of, voor de Vlaamse lezers, kak) ontzettend ver bij zich vandaan kunnen schieten. Dat moet wel, want deze pinguïns blijven in het broedseizoen te allen tijde bij hun nest, anders worden hun eieren gestolen. Maar hun veren en hun nest moeten wel schoon blijven. Daarom schieten poepende pinguïns hun ontlasting met zoveel snelheid uit hun cloaca, dat die wel 40 centimeter bij ze vandaan kan landen.
Adeliepinguïns zijn zelf ook maar zo’n 40 centimeter groot. Om die afstand te halen, moeten de pinguïns hun uitwerpselen dus onder enorm hoge druk wegschieten.
Mieren zijn magnifieke navigators
Mieren zijn in staat tot verbazingwekkende navigatieprestaties. Misschien kan waardering hiervoor helpen om deze insectensoorten te behouden.
In 2003 berekenden Duitse onderzoekers al hoe hoog die druk moet zijn. Dat deden ze op basis van de lengte van enkele poepsporen, de stroperigheid van de poep en de grootte van een pinguïncloaca. Ze kwamen uit op een poepdruk van 10 kilopascal voor waterige poep en 60 kilopascal voor wat dikkere poep, die ongeveer zo dik is als olijfolie. Bij mensen komt de poepdruk nooit veel hoger dan 15 kilopascal.
In een boogje
Volgens natuurkundige Hiroyuki Tajima en pinguïnverzorger Fumiya Fujisawa klopt die berekening echter niet helemaal. De Duitsers bekeken namelijk alleen de horizontale afstand die de pinguïnpoep aflegt, terwijl de poep in een boogje vliegt. Doordat de uitwerpselen eerst nog een stukje omhoog moeten vliegen, is de werkelijke poepdruk nog hoger dan uit het eerdere onderzoek volgde.
De Japanners maakten daarom een nieuwe berekening. Via de wetten van Newton achterhaalden ze bij welk boogtraject de uitwerpselen de waargenomen 40 centimeter bereiken. Ook onderzochten ze de beweging van poep in de maag van een pinguïn.
Ze kwamen uit op een poepdruk die ongeveer 1,4 keer zo hoog ligt als de oorspronkelijke schatting. Dat betekent dat adeliepinguïns ruim vijf keer zo hard kunnen poepen als mensen. Als een mens zo hard zou poepen, zouden zijn uitwerpselen volgens de onderzoekers meer dan drie meter ver vliegen.
Veilige afstand
Behalve interessant om te weten, heeft de berekening ook nog enig praktisch nut. We weten dat adeliepinguïns vanaf de grond zo’n 40 centimeter ver kunnen poepen, maar hoe ver komen ze als ze bijvoorbeeld op een rots staan?
De Japanners berekenden dat de uitwerpselen van een pinguïn die op een twee meter hoge rots staat, hooguit 1,34 meter ver kunnen vliegen. Ze stellen dat deze kennis pinguïnverzorgers kan helpen op veilige afstand te blijven. Twee meter is namelijk de maximale rotshoogte in de dierentuin waar Fujisawa werkt. Of persoonlijke ervaringen hem hebben gestimuleerd dit uit te rekenen, is onbekend.