De grootste woningcorporatie van Parijs gaat onderzoeken of het rendabel is om de warmte van miljoenen metrogebruikers in te zetten voor het verwarmen van woningen.

Bij de renovatie van een kantoorgebouw aan de Rue Beaubourg in de Franse hoofdstad ontdekten medewerkers van woningcorporatie Paris Habitat-OPH (Office Public de l’Habitat) dat in de kelder van het gebouw een schacht in verbinding staat met de gang van metrolijn 11. Eenmaal geopend kwam hier warme lucht doorheen. Het idee ontstond om deze warme lucht, die vaak in de gangen van de metro aanwezig is en normaal verloren gaat, nuttig in te zetten.

De warmte is niet alleen afkomstig van de elektromotoren van de treinstellen en van wrijvingswarmte, maar ook van de lichamen van de vele reizigers die de Parijse metro elke dag bevolken. Aangezien van de Parijse metro dagelijks zo’n vijf miljoen mensen, die elk een vermogen van ongeveer 100 W leveren, gebruikmaken, is dit potentieel een interessante energiebron, die wellicht kan bijdragen aan de CO2-uitstootreductie van 33 % die Parijs zich voor 2020 heeft opgelegd.

Softies? Sneeuwvlokjes? Niks daarvan – Gen Z is superkrachtig, zegt deze neurowetenschapper
LEES OOK

Softies? Sneeuwvlokjes? Niks daarvan – Gen Z is superkrachtig, zegt deze neurowetenschapper

Niks sneeuwvlokjes. Volgens neurowetenschapper Eveline Crone zijn hedendaagse jongeren juist sterk in een extreem ingewikkelde tijd.

De ondergrondse warmte in het metrostelsel kan op twee manieren worden benut. De ene optie is een warmtepomp die de warme metrolucht gebruikt om het water van de cv-installatie van het betreffende kantoorpand voor te verwarmen. In een warmtepomp, vaak omschreven als een omgekeerde koelkast, stroomt de metrolucht langs een bij lage temperatuur verdampende vloeistof. Een elektrische pomp perst vervolgens de damp samen, waardoor druk en temperatuur toenemen. Deze warmte wordt afgegeven aan het koude water in een warmtenet. Dat kan zowel een cv zijn als een grootschalig stadsverwarmingsnet. Waar een koelkast aan de achterzijde warme lucht loost, blaast de warmtepomp relatief koude lucht terug de metrogangen in.

Een andere mogelijkheid is om de ondergrondse warmte via een warmtewisselaar naar het net van de Parijse stadsverwarming te voeren. Het betreffende pand aan de Rue Beaubourg is al aangesloten op het stadsverwarmingsnetwerk in de buurt. Dit netwerk, La Companie Parisienne de Chauffauge Urbain genaamd, geldt als een van de grootste warmtenetten ter wereld. Behalve de warmte van gas-, steenkool- en dieselgestookte bronnen draagt ook de restwarmte van de afvalverbrandingsinstallatie van Parijs bij aan het net. ‘We willen nu mogelijkheid gaan onderzoeken of ook de warme lucht van de metro is te gebruiken voor de stadsverwarming’, zegt Juliette Zylberberg van de woningcorporatie voorzichtig.

De optie met de warmtepomp is, dankzij de bestaande schacht naar lijn 11, een oplossing die hergebruik van de metrowarmte in het individuele pand aan de Rue Beaubourg mogelijk maakt. De ondergrondse warmte inzetten voor stadsverwarming is daarentegen interessant pilotproject. Slaagt die proef, dan zijn op termijn wellicht veel meer punten van het wijdvertakte Parijse metronetwerk op de stadsverwarming worden aangesloten.

STOF
Het is nog niet duidelijk of Paris Habitat-OPH de metrowarmte groot- of kleinschalig gaat toepassen. De woningcorporatie heeft hoe dan ook nog een aantal technische hobbels te nemen. Zo moet nog blijken of de warmtepomp, die doorgaans is ontworpen voor gebruik in de buitenlucht, ook binnen functioneert zonder al te veel verlies van rendement. ‘Ook weten we nog weinig over de invloed van het stof dat met de metrolucht meekomt’, zegt Zylberberg. ‘Dat kan mogelijk tot belangrijke verliezen leiden.’ In elk geval zal frequent technisch onderhoud en regelmatig vervangen van de luchtfilters nodig zijn om schade aan de warmtepomp te voorkomen. ‘En dat drukt weer op de financiële prestaties van het systeem’, geeft Zyldenberg aan.

In Oostenrijk en Zweden zijn vergelijkbare projecten te vinden. In Penzing, een voorstadje van Wenen, benut een sportcentrum de restwarmte uit een nabijgelegen tunnel voor de voorverwarming van het water. In Stockholm bestaan plannen voor hergebruik van warmte van het openbaar vervoer. Daar wordt de warmte van het centrale treinstation in de Zweedse hoofdstad naar een kantoorpand in de buurt gevoerd.