Biologen hebben ontdekt dat de toenemende oceaantemperatuur het gezichtsvermogen van octopussen belemmert. Ook blijkt dat veel octopuseitjes niet uitkomen bij hogere temperaturen. Dat betekent dat de overlevingskansen van deze dieren in tijden van klimaatverandering kleiner zijn dan we tot nog toe dachten.

Een verhoogde oceaantemperatuur heeft negatieve gevolgen op het gezichtsvermogen van octopussen. Dat ontdekten marien bioloog Qiaz Hua van de Universiteit van Adelaide in Australië en haar collega’s.

Het oppervlaktewater in de zee bij Australië en Nieuw-Zeeland zal in het volgende millennium zo’n drie graden warmer worden. Dat voorspelt de Intergouvernementele Werkgroep inzake Klimaatverandering (IPCC) in hun klimaatrapport. Dit betekent dat het zeewater in Oceanië in het jaar 2100 ’s zomers gemiddeld vijfentwintig graden Celsius zal zijn.

Op zoek naar de vliegroute van de grote stern
LEES OOK

Op zoek naar de vliegroute van de grote stern

Ecoloog Ruben Fijn bracht met gps voor het eerst uitgebreid het vlieggedrag van de grote stern in kaart. Zijn onderzoek laat ...

Hua en haar collega’s zochten uit wat dit betekent voor de lichamelijke processen van de octopus. Ze publiceerden hun resultaten in het wetenschappelijke tijdschrift Global Change Biology.

Uitbroeden

Het team plaatste negen vrouwelijke octopussen (Octopus berrima) in verschillende watertanks bij 16 graden Celsius. Zodra een octopus eieren legde, pasten de onderzoekers de watertemperatuur in haar tank aan. Drie octopusmoeders broedden hun kroost uit bij een temperatuur van 19 graden Celsius. Drie andere broedden bij 22 graden Celsius om de huidige zomerse watertemperatuur in de zee na te bootsen. De laatste drie broedden bij  25 graden Celsius om de toekomstige zomertemperatuur na te bootsen.

Uit het onderzoek bleek dat een watertemperatuur van 25 graden Celsius negatieve gevolgen heeft op het uitbroeden van de octopuseieren. Van de drie broedsels bij 25 graden Celsius stierven er twee volledig. Bij het derde broedsel kwam maar 43 procent van de eieren uit. Ter vergelijking: in de broedsels bij 19 en 22 graden Celsius kwam 95 procent van de eieren uit.

Gezichtsvermogen

Het team voerde vervolgens een uitgebreide eiwitanalyse uit op de uitgekomen embryo’s. Ze zagen dat meerdere belangrijke eiwitten die betrokken zijn bij het gezichtsvermogen minder tot expressie kwamen bij de embryo’s die uit het ei kropen bij 25 graden Celsius, vergeleken met de andere embryo’s.

De embryo’s maakten bijvoorbeeld minder S-crystallin-eiwitten aan. Die zijn belangrijk voor het helder houden van de ooglens. Ook het eiwit retinol dehydrogenase 12 kwam minder tot expressie in de 25-graden-groep. Dit eiwit is belangrijk voor de werking van de lichtreceptoren achterin het oog. De onderzoekers concluderen hieruit dat de verhoogde watertemperatuur ervoor zorgt dat octopussen minder goed kunnen zien.

Overlevingskansen

Net als mensen zijn octopussen bijzonder afhankelijk van hun gezichtsvermogen. Ze hebben hun ogen nodig om prooien te zoeken, roofdieren te herkennen en sociale signalen te interpreteren. ‘Een verminderd gezichtsvermogen beïnvloedt de overlevingskansen van een octopus in het wild’, zegt Hua in een persbericht. ‘Ze lopen zo een groter risico om prooi te worden en kunnen minder goed naar voedsel zoeken’.

Dat octopussen negatieve gevolgen ondervinden van de oceaanopwarming is niet vanzelfsprekend. ‘In de afgelopen jaren bestond het algemene idee dat koppotigen, zoals de octopus, veelal aan de winnende hand zijn in de race om zich aan te passen aan de nieuwe omstandigheden in de oceaan’, zegt marien bioloog Francisco Borges van de Universiteit van Lissabon, die niet betrokken was bij het onderzoek. In vergelijking met andere mariene soorten kunnen koppotigen zich namelijk opmerkelijk goed aanpassen. ‘Sommige octopussoorten kunnen zelfs tijdelijk hun RNA bewerken om zich aan te passen aan suboptimale omgevingsomstandigheden’, zegt Borges.

Nu blijkt dus echter dat ook de octopus kan bezwijken onder de druk van de klimaatopwarming. ‘Onze studie toont aan dat zelfs een taxon met een groot aanpassingsvermogen zoals octopussen de toekomstige veranderingen in de oceaan misschien niet zullen overleven’, zegt Hua.

Ook Borges begint te twijfelen aan de overlevingskans van de soort. ‘Verandering heeft altijd plaatsgevonden. Maar de antropogene klimaatverandering vindt plaats op een schaal die de huidige soorten nog nooit hebben meegemaakt, zowel wat betreft de snelheid als de ernst ervan’, zegt hij. ‘Nieuwe kennis over de gevolgen van klimaatverandering voor octopussen weerlegt het idee dat zij tot de winnaars zullen behoren, tenminste op korte termijn.’