De Nederlandse politie gebruikt al een robothond om drugslabs te onderzoeken bij invallen. Er zijn nu plannen om deze robot, Spot, volledig autonoom te maken.
De politie is van plan om een autonome robothond te gebruiken bij invallen in drugslabs. Door de robot in te zetten, kunnen ze voorkomen dat agenten gevaar lopen door criminelen, gevaarlijke chemicaliën en explosies. Momenteel vinden er tests plaats in nagebouwde scenario’s. Als die goed verlopen, zal de robot met kunstmatige intelligentie (AI) worden ingezet bij echte invallen, aldus de politie.
Innovatie-onderzoeker Simon Prins van Politie Nederland test en gebruikt al meer dan twintig jaar robots bij rechercheonderzoeken. Hij zegt dat ze inmiddels ook inzetbaar zijn voor complexere taken. Een voorbeeld daarvan is het binnenvallen van illegale drugslaboratoria. Dat gebeurt drie of vier keer per week en daarbij riskeren agenten hun veiligheid door apparatuur te ontmantelen.
‘Ik probeer robots te ontwikkelen die ook echt een nieuwe stap maken’
Hoe werkt vliegen? Dat lijkt een simpele vraag, maar voor luchtvaarttechnicus en bioloog David Lentink is het een levenslange zoektocht.
Ontploffen
‘Als het lab actief is en je onderbreekt het werk, dan kan het ontploffen,’ zegt Prins. ‘Normaal gesproken dragen mensen beschermende kleding als ze naar binnen gaan, maar dan kunnen ze niet zo snel bewegen. Bovendien kunnen ze dan maar twintig minuten werken.’
Prins zegt dat het korps al een Spot-robothond van robotbedrijf Boston Dynamics heeft. Deze is uitgerust met een robotarm. Spot wordt al enige tijd handmatig gebruikt voor het onderzoeken van drugslabs, maar ook voor andere operaties zoals surveillance.
Onderzoekers van TNO en de politie voeren nu proeven uit in nagebouwde drugslabs met de robot onder AI-besturing. Daardoor zullen menselijke agenten de handen vrij hebben voor andere taken, waardoor de operaties sneller en efficiënter worden. ‘Ik wil dat die mensen bezig zijn met de operatie en niet met een robot. Dus dat is het spel dat we nu spelen: hoe autonoom kunnen we het maken?’, zegt Prins.
Drugslabs
Politieagenten zijn in het verleden weleens gewond geraakt tijdens het ontmantelen van drugslabs. Het idee is dat robots de eerste inspecties kunnen uitvoeren. Ze kunnen controleren of er geen criminelen aanwezig zijn, een kaart van de locatie maken en gevaarlijke chemicaliën identificeren. Zodra dat is gebeurd, kunnen agenten een veilige manier uitvogelen om het lab te ontmantelen.
In tests was de robot in staat om een nagebouwd drugslab van vijftien bij twintig meter te verkennen en in kaart te brengen. De robot vond de juiste chemicaliën en plaatste ze in een veilige opslagcontainer.
Prins zegt dat er begrijpelijke veiligheids- en politieke bezwaren zijn bij het gebruik van autonome robots, die strenge tests vereisen. Maar uiteindelijk zal Spot, als alles goed gaat, getest worden bij echte invallen in drugslabs.
Veiligheid
Robot- en ethiek-onderzoeker Peter Lee van de Universiteit van Portsmouth in het Verenigd Koninkrijk zegt dat de voordelen van AI-gestuurde robots in scenario’s zoals drugslabinvallen groot zijn. Echte moeten honden individueel worden getraind, maar robots kunnen eenvoudig worden nagebouwd zodra hun software werkt. Een breed pakket sensoren betekent dat ze onderzoeken enorm kunnen versnellen.
Maar de menselijke veiligheid is de meest overtuigende reden om deze stap te overwegen, zegt hij. ‘Een drugslab kan ontploffen en de robot verwoesten’, zegt Lee. ‘Maar ik gebruik dan liever een vervangbare robot dan een echte hond of een mens.’
Lee zegt dat zorgen over autonome robots in deze scenario’s misplaatst zijn. De machines zullen binnen vastgestelde parameters en altijd onder toezicht van mensen opereren. Toch gelooft hij wel dat risico’s zorgvuldig in de gaten moeten worden gehouden.
‘Je moet er gewoon voor zorgen dat mensen niet te veel op de machine vertrouwen, want soms gaan machines de fout in’, zegt hij. ‘Het voorbehoud is dat ze echt grondig in de praktijk getest moeten worden. En als je ze dan gaat gebruiken, zou ik zeggen dat je ze moet gebruiken op plaatsen waar je, als alles misgaat, het minste kwaad kunt doen.’