Wageningen (NL) – Biotechnologen sporen gistcellen aan tot BSE-vrije gelatine


Ruim tweehonderdduizend ton gelatineproduct per jaar mondiaal: daarmee kun je vele drillende puddingen opstijven. Daarnaast maakt de farmaceutische industrie de felgekleurde, ovale medicijncapsules van deze geleiachtige eiwitsubstantie.
Fabrikanten winnen gelatine uit slachtafval van koeien. Het is onzeker of dit dierlijk afval splinters hersen- of zenuwweefsel met besmettelijke prion-eiwitten bevat. Deze prionen kunnen de ziekte van Creutzfeldt-Jacob – de menselijke variant van BSE – overbrengen. Fabrikanten nemen aan dat tijdens het gelatineproductieproces eventueel aanwezige prionen kapot gaan, maar het is niet zeker dat elk besmettelijk prion wordt uitgeschakeld. Onderzoekers vragen zich daarom af of gelatineuze capsules de ziekteverwekkers overdragen.
Eric de Bruin, promovendus aan het ATO van de universiteit van Wageningen, vond een manier om gegarandeerd BSE-vrije gelatine te maken. Door een nieuw stukje genetisch materiaal in het DNA van de gistsoort Pichia pastoris te plakken, lukte het De Bruin om een bijna drie micrometer grote fabriek te maken: de gistcel maakt puur gelatine. “De gemodificeerde cellen groeien uitstekend op methanol,” legt de biotechnoloog uit. “Op deze koolstofbron scheidt het gist goedkoop en razendsnel een bulk gentech-gelatine uit.”
Toch is de gentech-gelatine ongeveer tien keer zo duur als de klassieke gelatine. “Voor dure producten zoals medicijnen is dat misschien geen probleem”, zegt De Bruin, “maar voor de grootste gebruiker van de lillende gelei, de levensmiddelenfabrikant, waarschijnlijk wel.”

Een dwarsdoorsnede toont een bijna drie micrometer grote, delende Pichia pastoris.


Frédérique Melman