Vleermuizen blijken tijdens de trek grote afstanden af te leggen en handig mee te surfen op windstromen. Dat tonen nieuwe sensoren.

De vogeltrek is waarschijnlijk de bekendste vorm van seizoensgebonden migratie. Maar vogels zijn niet de enige vliegende dieren die trekken. Een handvol vleermuissoorten reist ook duizenden kilometers tussen een zomer- en winterverblijf.

Hoewel het al ruim een eeuw bekend is dat sommige vleermuizen trekken, weten we er veel minder over dan over de vogeltrek. Deze vliegende zoogdieren leven namelijk ‘s nachts en zijn redelijk klein, waardoor hun bewegingen lastig te volgen zijn.

Nieuwe technologie onthult het verborgen leven van dinosauriërs
LEES OOK

Nieuwe technologie onthult het verborgen leven van dinosauriërs

Van migrerende planteneters tot toegewijde ouders: paleontologen ontrafelen stukje bij beetje het gedrag van dinosauriërs.

Ecologen van het Max Planck-instituut voor diergedrag in Duitsland hebben de mysterieuze vleermuizentrek nu in beeld gebracht. Daarvoor ontwierpen ze lichtgewichtsensoren die ze aan de dieren bevestigden. Hun resultaten verschenen in het wetenschappelijk vakblad Science.

Slimme sensoren

De vleermuistrek in kaart brengen, is niet eenvoudig. Om de dieren precies te volgen, moet je ze uitrusten met meetapparatuur die niet te zwaar mag zijn. Maar dat soort kleine apparaatjes zijn niet krachtig genoeg om hun metingen te versturen. Je moet de vleermuizen dus eerst terugvinden en vangen voordat je de data kunt uitlezen.

De Duitse ecologen maakten daarom ultralichte sensoren die niet teruggehaald hoeven te worden. De meetapparaatjes detecteren naast de locatie ook de activiteit van de vleermuis en de omgevingstemperatuur. Die kleine pakketjes informatie versturen de sensors dagelijks naar een nieuw aangelegd Europees netwerk van meetstations. Dit netwerk heeft een groot bereik en is vergelijkbaar met het mobieletelefoonnetwerk.

71 vleermuizen

De onderzoekers volgden drie jaar lang het trekgedrag van 71 vrouwelijke rosse vleermuizen die na hun winterslaap in het zuiden van Europa in enkele weken terugvlogen naar het noordoosten. Ze volgden alleen de vrouwtjes, omdat bij de Europese soorten de mannetjes niet trekken.

Een rosse vleermuis kruipt uit een gaatje.
Een rosse vleermuis. Beeld: Kamran Safi / Max Planck Institute of Animal Behavior.

‘De levenscyclus van deze vrouwelijke vleermuizen is als volgt’, zegt ecoloog Dina Dechmann. ‘Ze komt in de late zomer aan in het overwinteringsgebied, paart daar, slaat het sperma op in haar lichaam en gaat in winterslaap. In de lente wordt ze wakker, bevrucht ze zichzelf met het opgeslagen sperma, sterkt ze aan en vertrekt ze – zwanger. Als ze aankomt in haar zomerverblijfplaats voltooit ze de zwangerschap, brengt ze haar pup groot en migreert ze terug. Dan begint de cirkel opnieuw. Ik vind dit zeer strak geplande jaar verbazingwekkend! Go vleermuismeiden!’

Surfen

Uit de data bleek dat de vleermuizen bijna 400 kilometer af kunnen leggen in een enkele nacht. Niet eerder werden er zulke lange vluchten van vleermuizen waargenomen. Tussendoor namen de dieren soms een pauze van hun reis om wat aan te sterken en vooral veel te eten.

Verder zagen de onderzoekers dat de dieren massaal bepaalde nachten uitkozen om hun reis voort te zetten. Dat bleek te maken te hebben met gunstige weersomstandigheden, waardoor de vleermuizen onderweg een warme wind mee hebben, zodat het vliegen minder energie kost. Ze blijken daarbij een verandering in de temperatuur en luchtdruk om te merken, zegt Dechmann. ‘Ik vind het heel cool en indrukwekkend dat ze deze minuscule veranderingen kunnen voelen en interpreteren om de juiste omstandigheden te voorspellen.’

Dechmann is ook onder de indruk van de flexibiliteit van de dieren. Als de gunstige omstandigheden zich niet op het juiste moment aandienen, dan kost het migreren meer energie. Maar ze krijgen het nog steeds voor elkaar.

Windmolens

De onderzoekers ‘hebben uitstekende data geleverd voor veel prangende vragen over vleermuismigratie, waaronder de invloed van weersomstandigheden en beslissingen die de dieren nemen met betrekking tot de kosten en risico’s van vliegen’, stelt bioloog Liam McGuire, van de universiteit van Waterloo in Canada, in een aangehecht Perspectives-artikel in Science. En ‘hoewel er veel nog onbegrepen is’, laat het onderzoek zien wat we kunnen doen om vleermuizen te helpen.

Dat bevestigt Dechmann. ‘Een belangrijk resultaat is dat we met meer data – die we momenteel verzamelen met medewerkers in heel Europa – van meer plaatsen en van meer soorten, de belangrijkste treknachten kunnen voorspellen. Dit kan misschien worden gebruikt om windenergiebedrijven te informeren. Dood door windmolens is namelijk een groot probleem bij vleermuizen.’