De ontdekking van een nieuw object vormt de volgende aanwijzing dat een negende planeet zich schuilhoudt in de buitenste regionen van het zonnestelsel.
In januari suggereerden Konstantin Batygin en Mike Brown van het California Institute of Technology dat er een negende planeet moest bestaan, naar aanleiding van hun studie van zes objecten in de Kuipergordel, het gebied van ijzige lichamen die voorbij de baan van Neptunus om de zon draaien.
De baan die deze objecten beschrijven, reikt tot de verste uithoeken van het zonnestelsel en duikt vervolgens weer terug. Het vreemde van deze banen is dat ze allemaal ongeveer in dezelfde richting wijzen, terwijl ze op een willekeurige manier in de ruimte georiënteerd zouden moeten zijn. Deze uitlijning duidt erop dat een nog niet waargenomen planeet – tien keer zo zwaar en vier keer zo groot als de aarde – ze in het gareel houdt.
Thomas Hertog werkte samen met Stephen Hawking en onderzoekt de oerknal
Tijd en natuurwetten zijn voortgekomen uit de oerknal, in een chaotisch proces van toevalligheden, zegt theoretisch natuurkun ...
Hoewel deze negende planeet officieel nog niet ontdekt is, gaan Batygin en Brown er wel van uit dat hij bestaat. De kans dat deze situatie bij toeval ontstond, is ten slotte slechts 0,007 procent. Hoewel dat al behoorlijk overtuigend bewijs is, vermoedde het team dat het percentage nog lager zou kunnen zijn als er in de Kuipergordel nog meer objecten waren met een vergelijkbare uitlijning. Het zou slechts een kwestie van tijd zijn voordat ze er nog een ontdekten.
Opluchting
Vorige week was het dan zover. Op een enkele slide in een praatje op het Seti Institute van Michele Bannister van de universiteit van Victoria, Canada, werd een nieuw object gepresenteerd dat ontdekt werd bij het in kaart brengen van de buitenste regionen van ons zonnestelsel. Het nieuwe object heeft nog niet eens een officiële naam, maar het is duidelijk dat zijn baan identiek is aan die van de andere meegevoerde objecten in de Kuipergordel. ‘Hij zit echt precies waar we ‘m voorspeld hadden’, zegt Brown.
Voor Brown is het een hele opluchting. Hij vreesde dat hij patronen aan de hemel zag die er in werkelijkheid niet waren, maar dit nieuwe object betekent steun voor zijn pleidooi voor Planet Nine. ‘Voor mij is het nu boven alle twijfel verheven dat de patronen die we zien, echt zijn’, zegt hij. Hoewel hij nog gedetailleerdere berekeningen moet uitvoeren, voorspelt Brown dat hierdoor de kans dat een dergelijke uitlijning toevallig ontstaat, daalt tot zo’n 0,001 procent.
Glooiingshoek
Toch is nog niet iedereen overtuigd, zoals Greg Laughlin van het Lick Observatory in Californië. ‘De banen van de objecten moeten niet alleen dezelfde hoek hebben, ze moeten ook in dezelfde richting wijzen in de driedimensionale ruimte’, zegt hij. Met andere woorden: ze moeten allemaal dezelfde helling vertonen boven of onder het vlak van het zonnestelsel. ‘En of dat geldt voor het nieuwe object in de Kuipergordel, laat dit beeld niet zien. Het is onmogelijk te bepalen.’
Niettemin, als het object inderdaad die glooiingshoek heeft, dan ‘is het waarschijnlijker dat er een dynamische verklaring is’, zegt Laughlin. ‘En van de dynamische verklaringen die voorgesteld zijn, lijkt de Planet Nine-hypothese de meest plausibele.’
Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.
Meer lezen: