Arnhem (NL) – Een Nederlands ingenieursbureau heeft een extra aandrijving bedacht waarmee treinen sneller optrekken. Het idee vereist minimale aanpassingen aan de treinen en het spoor.


De geringe snelheid van treinen veroorzaakt meestal niet vertragingen. Het probleem zit hem in het optrekken, dit gaat te langzaam. Door traag accelereren ontstaan vertragingen rond stations. Het Nederlandse ingenieursbureau Arcadis heeft octrooi aangevraagd voor een nieuw spoorconcept. Een magneet schiet als een katapult de trein weg.
In het model van Arcadis zit een lineaire motor. Deze motor bestaat uit een rotor die in de trein zit en een stator die in de rails zit verwerkt. Elektromotoren wekken afzonderlijk in de rotor en stator een magneetveld op. Door de polen van het magneetveld in de rotor steeds te verwisselen stoot deze de stator afwisselend af, of trekt hem aan. Op deze manier haalt een volgeladen trein in tien seconden een snelheid van honderd kilometer per uur. Dat is nog geen Formule-1-start, maar wel comfortabel voor de reiziger.
Afremmen gebeurt met een soort dynamo. Deze slaat bewegingsenergie op in een vliegwiel. Bij het optrekken komt deze energie weer mooi van pas. Door wrijving gaat natuurlijk altijd energie verloren, maar dankzij het vliegwiel vertoont het energieverbruik van de trein minder pieken. Uiteindelijk verwachten de ingenieurs van Arcadis dat hun model net zoveel energie verbruikt als de huidige treinen.
Groot voordeel van het nieuwe idee is dat het geen nieuwe sporen en treinen vereist. De statoren kunnen in de buurt van stations – waar de trein optrekt –onder of naast de bestaande rails worden geplaatst. De rotoren kunnen in de bestaande treinen worden ingebouwd. Er is al contact met de overheid over invoering van het nieuwe systeem. Arcadis hoopt binnen vijf jaar op proeftrajecten aan te tonen dat haar idee werkt.

Marijn Sandtke