Het Oosterpark in Amsterdam verandert komende lente in een levend laboratorium. Iedereen kan er proefkonijn komen spelen. Wat gaat er precies gebeuren?

Deelnemers aan de marathon van Amsterdam vulden vragen in voor het onderzoek van de HvA. Foto: ANP
Deelnemers aan de marathon van Amsterdam vulden vragen in voor het onderzoek van de HvA.
Foto: ANP

Ze bestonden niet, tien jaar geleden. Nu zijn er duizenden. En elke week komen er meer bij: hardloopapps. De bekendste zijn Runkeeper, Nike+ en Strava. Apps die je vertellen hoe veel je hebt gelopen. En hoe snel. En waar. Maar er zijn ook talloze klonen en amusante varianten, zoals eentje die het geluid van naderende zombies laat horen als je te langzaam rent. Maar van al die  hardloopapps, zo concluderen onderzoekers van de Hogeschool van Amsterdam (HvA), is er eigenlijk niet één goed genoeg.

Apponderzoek

Lector Marije Baart de la Faille-Deutekom geeft leiding aan het apponderzoek aan de HvA. ‘We hebben vijfduizend deelnemers aan de Dam tot Damloop en de Amsterdam Marathon uitgebreide vragenlijsten laten invullen. Op basis van hun antwoorden kunnen we uitspraken doen over de verschillen tussen appgebruikers en niet gebruikers.’

Ieder mens een persoonlijk dieet
LEES OOK

Ieder mens een persoonlijk dieet

Gezondheidseconoom Milanne Galekop onderzocht gepersonaliseerde diëten. Zijn die echt de moeite en de kosten waard?

En die verschillen zijn er. Appgebruikers zijn vaker jong dan oud, vaker vrouw dan man en vaker beginner dan veteraan. Daarnaast geven appgebruikers vaker aan dat ze in aanloop naar een evenement meer zijn gaan trainen, gezonder zijn gaan leven en meer mensen in hun omgeving hebben overtuigd om ook te gaan hardlopen.

Over één kam

Niet slecht. Kunnen we dus zonder scrupules stellen dat hardloopapps een positief effect hebben op de samenleving? Nee. ’We weten niet of die positieve effecten ook echt veroorzaakt worden door het appgebruik,’ stelt Baart de la Faille-Deutekom. ‘Misschien kiezen gezond levende en gepassioneerde lopers er vaker voor een app te gebruiken.’

Volgens Baart de la Faille-Deutekom staat één ding wel vast: het huidige appaanbod voldoet niet. ‘Er zijn heel veel apps, maar ze vertonen allemaal hetzelfde manco. Ze scheren de gebruikers over één kam, terwijl iedere sporter anders is.’

Adviezen en schema’s

Het gevolg is dat zelfs de beste apps verkeerde adviezen geven. Adviezen die gemiddeld genomen misschien logisch zijn, maar die zeker niet altijd aansluiten bij de individuele wensen van een hardloper.

Dat moet beter kunnen, denken ze bij de HvA. Het onderzoekslab Digital Life werkt in samenwerking met verschillende universiteiten aan een eigen hardloopapp: Sensei, Japans voor (leer)meester. ‘Het unieke van Sensei is dat hij zelf lerend vermogen bezit. Hij kan je stem analyseren om te kijken hoe moe je bent. Hij kan je stapfrequentie bijhouden, je hartslag meten. En op basis van al die gegevens geeft hij opmaat gemaakte adviezen en schema’s,’ aldus een trotse Ben Kröse, lector digital life aan de HvA.

Snelheidsbepaling

Bovendien kan Sensei nog iets. Communiceren met beacons, apparaatjes van vier bij acht centimeter, die niets anders doen dan voortdurend een signaal afgeven: ‘Ik ben hier’. Dat klinkt vrij nutteloos, maar dat is het niet. ‘Een van de belangrijkste eisen die hardlopers stellen aan een hardloop app, is een accurate snelheidsbepaling,’ stelt Baart de la Faille-Deutekom. ‘Maar de huidige apps, die allemaal gps gebruiken, zijn eigenlijk niet zo accuraat. Met behulp van beacons kun je veel nauwkeuriger je locatie en dus je snelheid vaststellen.’

Maar snelheid is pas het begin. Iedere appmaker kan de zaak zo programmeren dat een bepaalde beacon als ‘trigger’ fungeert. Zodra je in de buurt bent, gebeurt er iets op je telefoon.

Lees andere wetenschappelijke inzichten over hardlopen in het dossier New Scientist #21.
Lees andere wetenschappelijke inzichten over hardlopen in het dossier New Scientist #21.

Levend lab

Klinkt mooi, maar waar kunnen we die beacons vinden? Nergens, voorlopig. De HvA wil komend voorjaar echter dertig beacons gaan installeren in het Oosterpark, tegelijkertijd met de lancering van Sensei. Leuk voor lopers. Maar ook voor de HvA zelf.

Met de gegevens die Sensei verzamelt kunnen de HvA onderzoekers meteen zien hoe vaak er gesport wordt in het Oosterpark. En door wie. En wanneer. En hoe. Op die manier wordt het Oosterpark een levend lab, een perfect onderzoeksveld midden in de werkelijkheid.

Beaconstad

Al zijn er nog wel praktische problemen, erkent Baart de la Faille-Deutekom. ‘Beacons op bomen plaatsen mag niet uit natuuroverwegingen. Op metalen palen is ook een probleem. Daarnaast moet alles hufterproof zijn, anders gaan mensen ze mee naar huis nemen.’

Er moeten dus nog wat details worden uitgewerkt. Maar het lijkt onvermijdelijk dat het beaconpark snel zal worden opgevolgd door de beaconstad, met op allerlei plekken kleine zendertjes die iets op je telefoon laten gebeuren als je in de buurt bent.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief.

Meer lezen: