Hoe vind je de zeldzame en verlegen buideleekhoorn? Door met ze te praten natuurlijk. Bioloog Dan Harley imiteert hun roep in de natuurgebieden van Zoos Victoria in Australië. 

De aandoenlijke maar zeldzame Australische buideleekhoorn. Foto: Takver/via Flickr
De aandoenlijke maar zeldzame Australische buideleekhoorn. Foto: Takver/via Flickr

De buideleekhoorn, of Gymnobelideus leadbeateri, is een kritisch bedreigde diersoort. Het buideldiertje komt alleen nog voor in moerassige eucalyptusbossen in het zuidoosten van Australië. Er wonen slechts een paar duizend diertjes in een strook bos van 70 bij 80 kilometer.

Daarom is van belang om de diertjes te tellen, zodat de effectiviteit van het beschermingsbeleid vastgesteld kan worden. Maar de buideleekhoorn is een nachtdiertje dat een nest bouwt in de boomholtes van de hoogste bomen. Dat maakt het moeilijk om ze te vinden.

‘Ik probeer robots te ontwikkelen die ook echt een nieuwe stap maken’
LEES OOK

‘Ik probeer robots te ontwikkelen die ook echt een nieuwe stap maken’

Hoe werkt vliegen? Dat lijkt een simpele vraag, maar voor luchtvaarttechnicus en bioloog David Lentink is het een levenslange zoektocht.

Bioloog Dan Harley beheert een populatie buideleekhoorns in het Yellingbo natuurreservaat. ‘De populatie hier is met meer dan 60 procent afgenomen in de laatste tien jaar. Het bestaat nu slechts uit 40 diertjes, omdat het leefgebied sterk is achteruitgegaan’, zegt Harley.

Gezellige babbel

Eens per jaar gaat Harley de bossen in voor een gezellige babbel met de zeldzame buideldiertjes zodat hij ze kan tellen. Bekijk hier een video waarin Harley demonstreert hoe de diertjes tevoorschijn komen en zijn roep beantwoorden.

Onderzoekers hebben dozen in de bomen gehangen waar de buideleekhoorns in kunnen wonen. Als ze niet thuis zijn, moet Harley uitzoeken of ze naar een andere boom zijn verhuisd of zelfs het gebied hebben verlaten.

Voorheen spotte Harley de buideleekhoorns met hightech infraroodcamera’s en vangtechnieken. Vaak werkten deze technieken niet voldoende. Het imiteren van de roep van de diertjes – ‘tssst… tssst… tssst… tssst’ – blijkt goed te werken.

Techniek verbeteren

Helemaal perfect werkt deze techniek niet. Het gebeurt vaak genoeg dat Harley een diertje ziet maar toch geen antwoord krijgt op zijn roep – ongeveer één op de drie diertjes houdt zich stil. Harley ziet het dan ook als een manier om de andere telmethoden te versterken.

Volgens Harley heeft dat te maken met het nachtelijke tijdstip waarop hij de diertjes roept, of de maand van het jaar. Wellicht antwoorden bijvoorbeeld alleen parende stelletjes of andere categorieën buideleekhoorns. Hij is dan ook van plan om zijn techniek verder te verbeteren om het betrouwbaarder te maken.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste wetenschapsnieuws? Meld je nu aan voor de New Scientist nieuwsbrief. 

Lees ook: