Over een paar jaar surfen we wellicht massaal in de ruimte. Het Europese luchtvaart- en ruimtevaartconsortium Airbus Group maakte maandag bekend 900 satellieten te gaan bouwen voor OneWeb, een bedrijf dat de hele wereld internettoegang wil geven via een netwerk van satellieten in een lage baan rond de aarde. Als alles volgens plan verloopt, zullen de eerste satellieten in 2018 gelanceerd worden.
Waarom internet in de ruimte?
Meerdere bedrijven, waaronder SpaceX van topondernemer Elon Musk, zijn de laatste jaren druk in de weer met het ontwikkelen van internet in de ruimte. De potentiële voordelen van een netwerk buiten de aardatmosfeer zijn groot. Het netwerk kan de hele wereld van internet voorzien en de informatieoverdracht gaat sneller dan op aarde.
‘Ik probeer robots te ontwikkelen die ook echt een nieuwe stap maken’
Hoe werkt vliegen? Dat lijkt een simpele vraag, maar voor luchtvaarttechnicus en bioloog David Lentink is het een levenslange zoektocht.
Waarom gebruiken we de huidige satellieten niet?
Satellietinternet bestaat al, maar de huidige communicatiesatellieten vliegen meer dan tienduizend kilometer boven de aarde. Daardoor moeten de signalen tussen aarde en satelliet en tussen de satellieten onderling enorme afstanden afleggen. Dat levert vertraging op, zodat het huidige satellietinternet qua snelheid niet kan concurreren met glasvezelnetwerken.
Hoe snel wordt het nieuwe ruimte-internet?
De satellieten van OneWeb zullen ongeveer 1200 kilometer boven de aarde vliegen; een stuk dichterbij dus dan de huidige satellieten. De elektromagnetische signalen die ze naar elkaar sturen reizen in het heelal met de allerhoogst mogelijke snelheid, namelijk de lichtsnelheid in vacuüm (bijna 300.000 kilometer per seconde). Dat is ongeveer 40 procent sneller dan signalen in glasvezelnetwerken. Omdat de signalen bij een satellietnetwerk wel nog altijd veel grotere afstanden afleggen, zal de snelheid van het internet in de ruimte – naar verwachting zo’n 6 gigabits per seconde – vergelijkbaar zijn met de snelste glasvezelnetwerken die nu op grote schaal kunnen worden ingezet.
Hoe krijg je toegang tot het ruimtenetwerk?
Hier zit een addertje onder het gras. OneWeb claimt dankzij de hoge dichtheid van de satellieten – ongeveer 700 zullen tegelijk in de ruimte zweven – de hele wereld met de satellieten van internet te kunnen voorzien. Dan heb je op aarde echter wel een zend- en ontvangstapparaat nodig dat met de satellieten communiceert en zelf een lokaal draadloos netwerk (bijvoorbeeld wifi) uitzendt, waarmee de gebruikers vervolgens internettoegang hebben. Volgens OneWeb zullen deze apparaten klein en goedkoop zijn, zodat het ruimte-internet voor iedereen betaalbaar is.
Honderden extra satellieten vlak boven de aarde, is dat niet gevaarlijk?
De ruimte bevat steeds meer afval van eerdere projecten, dus het is zaak dat de satellieten daar niet mee in aanraking komen. OneWeb heeft daarom een baan uitgekozen met relatief weinig ruimteafval. Bovendien worden de satellieten relatief klein: ze zullen minder dan 150 kilogram wegen. Daarnaast zijn ze in staat om ontwijkende manouvres uit te voeren als een botsing met een ander object dreigt. Wanneer een satelliet niet meer functioneert, zal die automatisch uit de baan bewegen en terug naar de aarde vallen, waar die door wrijving in de atmosfeer zal verbranden.
Wat kost deze grap?
De satellieten zijn door hun kleine omvang relatief goedkoop te produceren. Volgens OneWeb-oprichter Greg Wyler kost het hele project tussen de 1,3 en 1,8 miljard euro. Voor een project van een dergelijke omvang is dat niet eens zo veel. In het eerdergenoemde SpaceX-project werd door internetmoloch Google bijvoorbeeld al 900 miljoen euro geïnvesteerd.
In november 2014 plaatsten we een artikel in ons magazine over de wapenwedloop tussen Facebook en Google, die allebei de hele wereld van internet willen voorzien. Ruimte-internet is daarbij een van de opties. Lees het via Blendle.