Paleontologen hebben voor het eerst DNA gevonden van de wolharige neushoorn die in Europa leefde. Ze troffen het DNA aan in oeroude drollen van hyena’s.

Paleontologen hebben voor het eerst DNA ontdekt van de wolharige neushoorn (Coelodonta antiquitatis) in Europa. Net als de mammoet struinde de wolharige neushoorn in de laatste ijstijd tot zo’n 17.000 jaar geleden over de vlaktes van Europa. Dat is bekend dankzij de vele fossielen die bijvoorbeeld in de Noordzee gevonden zijn.

Tot nu toe hadden paleontologen nog geen DNA gevonden van de wolharige neushoorns die in Europa leefden. Dat komt omdat DNA in ons relatief warme klimaat snel vergaat. In de koude permafrost van Noordoost-Siberië zijn daarentegen wel herkenbare DNA-monsters van het uitgestorven dier gevonden.

Het darmmicrobioom en chronische ziekten
LEES OOK

Het darmmicrobioom en chronische ziekten

Het microbioom wordt in verband gebracht met ziekten zoals alzheimer, diabetes en het chronischevermoeidheidssyndroom.

DNA-onderzoeker Laura Epp en haar collega’s van de Universiteit van Konstanz in Duitsland troffen nu als eerste het DNA van de Europese familieleden van de wolharige neushoorns aan in oeroude hyenadrollen. Zij publiceerden hun vondst in het wetenschappelijke tijdschrift Biology Letters.

Coprolieten

In de afgelopen eeuw zijn bij opgravingen in de Duitse grotten Bockstein-Loch en Hohlenstein-Stadel coprolieten gevonden van hyena’s. Dat zijn drollen die gefossiliseerd zijn.

Epp en haar collega’s onderzochten de coprolieten en vonden daarin het DNA van zowel hyena’s als van wolharige neushoorns. Zeer waarschijnlijk hadden de hyena’s wolharige neushoorns gegeten, waardoor het neushoorn-DNA in de drol belandde.

Deze coproliet bevond zich in de grot Hohlenstein-Stadel. Beeld: Staatsbureau voor monumentenzorg Baden-Württemberg.

Volgens Epp is het best verrassend dat ze DNA van de Europese wolharige neushoorns vonden in coprolieten. ‘Dit geeft aan dat we een breed scala aan mogelijkheden hebben om DNA-gegevens te verkrijgen, zelfs van monsters die op het eerste gezicht niets met de organismen zelf te maken hebben’, zegt ze in een persbericht.

Het gevonden DNA is flink gedegradeerd. Toch konden de onderzoekers het DNA van de wolharige neushoorns in Europa vergelijken met het DNA van de wolharige neushoorns in Siberië. Daaruit bleek dat de twee groepen minder verwant waren dan gedacht. ‘Moleculaire datering suggereert dat de moederlijn van onze Europese wolharige neushoorns zich enkele honderdduizenden jaren geleden heeft afgescheiden van de Siberische tegenhangers’, zegt bioloog Peter Seeber, die ook meedeed aan het onderzoek.

Neushoornbotten

Paleontoloog Thijs van Kolfschoten van de Universiteit Leiden vindt de vondst van Epp en haar team leuk. Wel valt op dat het team geen onderzoek heeft gedaan naar de grotere context rondom de vondst. ‘Ze kijken naar die hyena-coproliet, maar ze zeggen niet of op diezelfde vindplaats ook neushoornbotten gevonden zijn’, zegt Van Kolfschoten.

Overigens vindt Van Kolfschoten het niet heel verrassend dat het DNA van de Europese wolharige neushoorn verschilt van dat van de Siberische variant. ‘Als je kijkt naar het DNA van de mammoeten die in Europa en in Siberië rondliepen, dan zie je hetzelfde beeld’, zegt hij.