Antwerpen (B) – Hamsterratten krijgen een speciale training om landmijnen te ontdekken.


Metaaldetectoren zijn duur en niet bijster geschikt voor het opsporen van landmijnen. De grond vol zit met verschillende metalen. Gelukkig is het zelden een landmijn. Moderne technologie biedt ook niet altijd uitkomst. Mijnen warmen 's ochtends minder snel op dan de grond, waardoor ze via infraroodfoto's gedetecteerd kunnen worden. Ook al lijkt deze methode efficiënt, in een dicht begroeid terrein kan het zijn werk niet goed doen.
Professor Ron Verhagen, verbonden aan de Universiteit van Antwerpen, kwam op het idee de Afrikaanse hamsterrat Cricetomys gambianus in te zetten als 'mijnenveger'. “De hamsterrat is zo licht dat de mijn niet ontploft als ze erop gaat zitten. Met haar lengte van 75 centimeter kan je haar van een afstandje nog goed in de gaten houden. Het dier ruikt de TNT (trinitrotolueen, een bestanddeel van veel soorten explosieven) van de landmijnen al op honderden meters afstand.”
Eerst moesten ze azijn leren herkennen, een product met een krachtige en specifieke geur. “We zetten ze een leeg potje en een potje gevuld met azijn voor. Als ze op het met azijn gevulde potje afgingen en daar lang genoeg bleven zitten, kregen ze een beloning. Uiteindelijk moesten de ratten in een grote zandbak, gevuld met meerdere voorwerpen, het object zien te vinden dat TNT bevatte.”

Snuffelend loopt de hamsterrat in het rond, op zoek naar geuren van explosieven.

De eerste fase van de training vond plaats in Antwerpen. Wanneer de dieren ver genoeg gevorderd waren, was de tijd rijp om ze 'in het echt' los te laten. In het tropische Tanzania heeft Verhagen met het Tanzaniaanse leger een proefmijnenveld aangelegd. “Doordat we precies weten waar de verschillende mijnen liggen, kunnen we de prestaties van de ratten goed beoordelen.”
Of de dieren het hier net zo goed doen als in Antwerpen moet nog blijken. Verhagen heeft wel vast een octrooi op het reukvermogen van de diertjes aangevraagd.

Jocelyn Berdowski