Volgens een nog ongepubliceerd Duits onderzoek springen genen over van gemodificeerd koolzaad naar bacteriën in bijendarmen.
Wat gebeurt er met bijen die snoepen van genetisch gemanipuleerd koolzaad, wilde zoölogist en bijenspecialist dr Hans-Hinrich Kaatz, werkzaam aan de Friedrich Schiller Universität in Jena, weten. En dus spande hij netten boven een veld met koolzaad dat dankzij een genetische bijstelling bestand was tegen herbiciden.
Hij liet bijen onder het net vrij rondvliegen en zamelde vervolgens het stuifmeel van hun achterpoten in. Dit stuifmeel voerde hij in het lab aan jonge bijen, voor de beestjes overigens hun natuurlijke, eiwitrijke dieet. Daarna haalde hij hun darmen eruit en ontdekte, na experimenten met de darminhoud op een voedingsbodem, dat sommige darmbacteriën en een gist het gemodificeerde koolzaad-gen bezaten. Het gebeurde niet altijd, maar toch enkele keren wel, vertelde Kaatz eind mei bij de ZDF en in een kort interview met de Britse krant The Observer. Het is voor hem een bewijs dat gemodificeerde genen ook buiten de soort effect kunnen scoren.
Mieren zijn magnifieke navigators
Mieren zijn in staat tot verbazingwekkende navigatieprestaties. Misschien kan waardering hiervoor helpen om deze insectensoorten te behouden.
De vraag of gemodificeerd voedsel ook tot mutaties in de menselijke darmflora kan leiden, vindt Kaatz nog voorbarig. Desondanks grepen met name in Engeland, waar de discussie over genetisch gemodificeerd voedsel heftig woedt, tegenstanders van ggo’s het Duitse onderzoek gretig als munitie aan. Voorstanders wijzen er daarentegen op dat Kaatz’ onderzoek nog niet is gepubliceerd in een wetenschappelijk vakblad.
Bea Ros