Vlak nadat een luipaard een antilope gedood had, maakte een groep chimpansees hem zijn prooi afhandig. Het is de eerste observatie van apen die zo’n groot en gevaarlijk roofdier uitdagen. Dit kan een aanwijzing zijn voor hoe mensachtigen ooit begonnen zijn met vlees eten en hoe ze gezamenlijk zijn gaan jagen.
Michio Nakamura van de universiteit van Kyoto in Japan en zijn collega’s bestudeerden een groep wilde chimpansees die leven in Mahale Mountains National Park in Tanzania. In de ochtend van 15 november 2016 ontdekten Nakamura en collega’s een luipaard dat dicht bij de chimps zat. Kort daarop maakte het roofdier zich uit de voeten, mogelijk omdat sommige van de chimps een intimiderend ‘geblaf’ lieten horen.
Even later arriveerde Primus, het alfamannetje van de groep. Hij leidde enkele van de chimpansees naar een een naburige boom, waarin een vrouwtje zat dat Christina heet. Allemaal keken ze naar een struik op de grond. Vervolgens klom Christina naar beneden, ging de struik in en trok het kadaver van een blauwe duiker (Philantomba monticola, een kleine blauwgrijze antilope) tevoorschijn. Het dier was niet lang daarvoor gedood; uit de wonden in zijn keel droop nog bloed.
‘Ik probeer robots te ontwikkelen die ook echt een nieuwe stap maken’
Hoe werkt vliegen? Dat lijkt een simpele vraag, maar voor luchtvaarttechnicus en bioloog David Lentink is het een levenslange zoektocht.
Terugveroveren
In de vijf uur die daarop volgden, aten de chimps beurtelings van de duiker en verorberden zijn ingewanden, rechter achterpoot en linker voorpoot. Tijdens deze hele episode bleef het luipaard terugkomen, misschien in de hoop de duiker te kunnen heroveren. Dat concluderen de onderzoekers uit het geblaf dat de chimpansees van tijd tot tijd lieten horen. Ook is het luipaard nog een keer gezien door een van de waarnemers. Niettemin maakten de chimps geen enkele aanstalten om te vluchten.
De chimps hadden het voordeel dat ze met velen waren, zegt Nakamura. Luipaarden jagen soms op individuele chimps of moeders met jongen die van hen afhankelijk zijn, maar in dit geval ‘kwamen er zo’n tien chimpansees aangestormd, waaronder één volwassen mannetje’, zegt hij. Het incident illustreert het voordeel dat chimpansees ontlenen aan het leven in samenwerkende sociale groepen, volgens Nakamura. Hij wijst daarbij op hun vermogen om gecoördineerde jachtpartijen op prooien zoals franjeapen op touw te zetten.
Een dergelijke agressieve manier van aaseten heeft mogelijk ook een rol gespeeld toen onze verre voorouders zo’n twee miljoen jaar geleden op grote schaal vlees begonnen te eten. Eerdere mensachtigen zoals Australopithecus aten vooral planten. Later zijn mensachtigen, naast het actief jagen op prooi, ook in groepsverband roofdieren zoals leeuwen gaan verjagen van hun prooi.
Eenmalig
Hoewel het een fascinerend verhaal is, moeten we er ook weer geen al te verreikende conclusies aan verbinden, zegt Alexander Piel van Liverpool John Moores University in het Verenigd Koninkrijk. Het gaat vooralsnog tenslotte om een eenmalige observatie. Hij wijst erop dat we niet zeker weten of het luipaard de duiker gedood heeft, en dat de chimpansees slechts een paar delen van het kadaver opgegeten hebben. ‘Het zou ook kunnen dat de duiker ziek was’, zegt hij, wat zou betekenen dat het luipaard er geen interesse in had.
Desalniettemin is het incident aanleiding de relatie tussen primaten en grote roofdieren in een ander licht te bekijken, zegt Piel. ‘We zijn geneigd te denken dat carnivoren primaten de baas zijn’, zegt hij, maar dit en andere incidenten, zoals dat van de groep chimpansees die een luipaardjong doodden, duiden erop dat chimpansees wel degelijk hun mannetje kunnen staan.
Nakamura en Piel zijn het erover eens dat chimpansees eerder geneigd zijn om luipaarden hun prooi afhandig te maken dan eerder gedacht. Dit mag dan wel de eerste waarneming in zijn soort zijn, maar dat is te verklaren doordat luipaarden dankzij menselijke activiteit uitgestorven zijn op de veel plekken waar chimpansees leven. Er valt dan dus ook niet veel te roven voor de chimps.
De resultaten zijn verschenen in Journal of Human Evolution.