Voor het eerst snappen astronomen hoe blauwe achterblijvers – sterren die veel blauwer en feller branden dan ze gezien hun leeftijd zouden moeten doen – ontstaan.

Blauwe achterblijvers danken hun langdurige jeugd aan een vorm van astronomisch vampirisme. Deze te blauw en te fel brandende sterren blijken namelijk brandstof te zuigen uit hun naaste stellaire compaan.

Tot die conclusie kwamen Amerikaanse astronomen na bestudering van het open sterrencluster NGC 188 – een opeenhoping van ruwweg 3000 sterren, waaronder 21 blauwe achterblijvers. Hun bevindingen zijn gepubliceerd in het vakblad Nature.

'AI holt het vertrouwen tussen wetenschapper en mens verder uit'
LEES OOK

'AI holt het vertrouwen tussen wetenschapper en mens verder uit'

Felienne Hermans plaatste een kritische noot bij de AI-hype tijdens het Gala van de Wetenschap. Lees hier haar column.

Blauwe achterblijvers kun je in bolvormige sterhoopen, zoals deze NGC 6397, het gemakkelijkst vinden. Deze foto werd gemaakt met de Hubble Space Telescope. Bron: NASA

Feller
Blauwe achterblijvers werden voor het eerst in 1954 ontdekt toen bleek dat sommige sterren in bolvormige sterrenstelsels – waarin de sterren ongeveer even oud moeten zijn – veel feller branden dan hun buren.

Tot voor kort waren er drie mogelijke verklaringen voor dat feit, maar de waarnemingen van de astronomen sloten twee verklaringen direct uit. De onderzoekers hebben overigens de slachtoffers van het stellaire vampirisme niet direct waargenomen – zij werden slechts ‘gezien’ door de invloed van hun massa op de baan van de achterblijvers.

George van Hal