De bemanning van een jacht op de Indische Oceaan was in 2019 getuige van een zeldzaam natuurverschijnsel: een ‘melkachtige zee’. Hierbij licht een groot deel van een oceaan op. Onderzoekers denken nu dat lichtgevende bacteriën de gloed veroorzaken, maar de details zijn nog een mysterie.
‘Bij het ontwaken om 2200 was de zee wit. Er is geen maan, de zee is blijkbaar vol met ? plankton? maar de boeggolf is zwart! Het geeft de indruk van zeilen op sneeuw!’
Deze logboektekst schreef de bemanning van het privéjacht Ganesha in de nacht van 2 augustus 2019. Het 16 meter lange schip stak op dat moment de oostelijke Indische Oceaan over, van Lombok in Indonesië naar de Australische Cocoseilanden. De Ganesha was, onder leiding van Johan Lemmens met zes andere bemanningsleden, bezig aan een reis rond de wereld.
Op zoek naar de vliegroute van de grote stern
Ecoloog Ruben Fijn bracht met gps voor het eerst uitgebreid het vlieggedrag van de grote stern in kaart. Zijn onderzoek laat ...
Acht uur lang voer het schip over de melkachtige zee, met een wijdverspreide gloed die helder afstak tegen de nachtelijke hemel. De zee was kalm en de gloed was grotendeels homogeen en reikte tot aan de horizon. Stomverbaasd keken de opvarenden naar het verschijnsel. Geen van hen had ooit gehoord van het bestaan ervan. Ze namen foto’s, met een GoPro-camera en met een smartphone.
Lichtende of melkachtige zee
Nieuwsgierig schepten de opvarenden een emmer water uit de oceaan. Dit verstoorde de gloed ter plaatse niet. In de emmer zagen ze een aantal gloeiende punten, die donkerder werden als ze erin roerden.
Dit in tegenstelling tot het ‘lichten van de zee’, een bekender verschijnsel dat ook in Nederland weleens voorkomt. Hierbij licht de zee ‘s nachts blauw of groen op als die wordt verstoort. Je ziet het bijvoorbeeld aan de kust, in de branding of als je je hand door het zeewater beweegt. Dit wordt veroorzaakt door bioluminescentie: het uitstralen van licht door levende organismen, in dit geval algen zoals zeevonk.
Het was voor de Ganesha-bemanning duidelijk dat dit niet het bekende lichten van de zee was. De boeggolf was immers ook donker. Het kielzog van het schip gloeide echter net zo helder als het omliggende water.
Het logboek vergelijkt de gloed met sneeuw, maar in latere gesprekken beschrijven de bemanningsleden de kleur wisselend. Een van hen zegt: ‘Zowel de kleur als de intensiteit van de gloed leek op die van glow-in-the-dark-sterren of -stickers, of sommige horloges met gloeiende delen op de wijzers … een heel zachte gloed die zacht was voor de ogen.’
Satellietbeelden
Korte tijd later hoorde een van de bemanningsleden in de media over satellietwaarnemingen van het fenomeen. Ze nam contact op met de betrokken onderzoekers en deelde de foto’s die de bemanning gemaakt had. Zo kon aardwetenschapper Steven Miller van de Colorado State University de satellietgegevens combineren met waarnemingen op zee.
Het bleek dat de Ganesha een melkachtige zee was gepasseerd van honderdduizend vierkante kilometer groot die zich uitstrekte ten zuiden van het Indonesische eiland Java. De melkzee was tussen juli en september 2019 zichtbaar op satellietbeelden. Het jacht was die augustusnacht langs de rand gevaren en had het felstgloeiende gebied, tweehonderd kilometer noordelijker, gemist. Daar was de gloed vier tot vijf keer helderder.
Kapitein Lemmens vertelde Miller dat hij de indruk had dat de gloed van ongeveer tien meter onder het wateroppervlak kwam. Dat, in combinatie met het ontbreken van verduistering bij het kielzog, lijkt in tegenspraak met het heersende idee erover. Volgens dat idee veroorzaakt een dunne film lichtgevende bacteriën op het oppervlak het verschijnsel. Het lijkt nu waarschijnlijker dat het gaat om bacteriën die dieper in het water leven.
Ondanks de waardevolle waarnemingen van de Ganesha-bemanning zijn er nog veel onbeantwoorde vragen over de melkachtige zee. Miller heeft er vertrouwen in dat die vragen beantwoord kunnen worden met betere voorspellingen van het verschijnsel en de combinatie van metingen op zee en satellietwaarnemingen. ‘Met een hernieuwd vertrouwen in onze uitkijkposten in de ruimte, betreedt een gerichte expeditie naar een melkachtige zee het rijk van de mogelijkheden’, schrijft hij.