Boston (VS) – Glas van zesduizend jaar oud kan wetenschappers van nu vertellen hoe zij radioactief afval zo veilig mogelijk kunnen opslaan.


Wat doe je met 350 miljoen liter radioactief afval? Begraven natuurlijk! Als je het afval maar lang genoeg opbergt, vervalt het tot stabiele stoffen die niet meer radioactief zijn. De vraag is of het glas, dat als verpakkingsmateriaal dient, het zo lang uithoudt. Archeologen en natuurkundigen onderzoeken de invloed van de samenstelling van glas op de stabiliteit.
Het afval wordt nu meestal bewaard in glas. Deze glazen vaten worden op hun beurt in metalen tonnen gestopt en begraven. Als het glas uit elkaar valt terwijl het afval nog zeer radioactief is, kan het afval gaan lekken in de bodem.
Archeologen schoten te hulp bij dit probleem. Zij deden onderzoek naar glazen figuren op keramiek, die dateren van 4000 voor Christus. De archeologen kijken welk soort glas het best bewaard is gebleven. Hun resultaten worden gebruikt om goed glaswerk te maken om radioactief afval in op te slaan. Vooralsnog blijkt dat glas met veel natriumcarbonaat het langste houdbaar is.
Bij het opgraven van een glazen voorwerp meet men de hoeveelheid metalen in de grond. Aan veel glazen werd namelijk metaal toegevoegd als kleurstof, zoals kobaltblauw in middeleeuwse glazen. De manier waarop de metalen zich in de grond verspreiden geeft mogelijk een indicatie hoe het radioactief afval zich door de bodem verspreidt.

Mariëtte Bliekendaal