Apen hebben geen geavanceerd maatgevoel zoals wij mensen dat kennen. Dat blijkt uit onderzoek van de Amsterdamse hoogleraar muziekcognitie Henkjan Honing en de Mexicaanse neurobioloog Hugo Merchant.
De onderzoekers keken naar de reactie van makaken op verschillende ritmen. Daarbij maakten zij gebruik van een metronoom en tikten de apen met hun hand mee in het betreffende ritme. ‘Ze doen dat echter altijd in reactie op de metronoom-tikken, en niet in anticipatie op de tikken zoals mensen dat doen’, zegt Honing, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. ‘Tevens blijkt dat ze, net als mensen, op bepaalde snelheden het nauwkeurigst meetikken.’ Bij meer complexe ritmes lukt het de beesten echter niet om de goede timing te vinden. Daaruit blijkt dat ze hun bewegingen niet goed kunnen afstellen op hun gehoor, aldus de onderzoekers.
Honing en Merchant, die verbonden is aan de Nationale Autonome Universiteit van Mexico, geven als reden dat makaken auditieve prikkels veel minder goed kunnen koppelen aan beweging. ‘Wij beschikken over een sterke verbinding tussen motoriek en gehoor,’ stelt Honing in een persverklaring. Ondanks dat apen veel op mensen lijken, blijken ze dus een minder geavanceerd maatgevoel te hebben. De resultaten van het onderzoek ondersteunen een nieuwe theorie die stelt dat mensen hun maatgevoel geleidelijk evolutionair hebben verkregen.
Nieuwe technologie onthult het verborgen leven van dinosauriërs
Van migrerende planteneters tot toegewijde ouders: paleontologen ontrafelen stukje bij beetje het gedrag van dinosauriërs.
Klanknabootsing-hypothese
Wetenschappers dachten lange tijd dat maatgevoel alleen bij mensen voorkwam. In 2007 leek dat idee ineens achterhaald toen een filmpje opdook van Snowball, een dansende kaketoe. Op basis van Snowballs danskunsten veronderstelden wetenschappers dat maatgevoel afhankelijk is van het vermogen om klanken na te bootsen en melodieën te herkennen. De kaketoe wist echter slechts voor korte perioden zijn bewegingen af te stemmen op de muziek. Tevens bleken andere dieren die klanken nabootsen, zoals dolfijnen, vleermuizen en zangvogels, geen maatgevoel te hebben.
De theorie van klanknabootsing raakte verder in diskrediet toen begin 2013 een filmpje verscheen met een ritmisch headbangende zeeleeuw. In tegenstelling tot kaketoes kunnen zeeleeuwen waarschijnlijk geen gehoorde klanken reproduceren. ‘Nu blijkt dat de klanknabootsing-hypothese onjuist is, wil ik graag testen of Snowball en andere soortgelijke vogels daadwerkelijk maatgevoel hebben,’ aldus Honing. Daarvoor wil hij een nieuw onderzoek gaan doen naar zangvogels. Snowball zou volgens de onderzoekers mogelijk ook met behulp van conditionering getraind kunnen zijn om te ‘dansen’.
De resultaten van het ritmeonderzoek bij makaken zijn deze maand gepubliceerd in het vakblad Frontiers in Neuroscience.
Lees ook: